Ethiek

Uit de kerken

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Bert, Koos en Diederik in gesprek

 

D.J. Bolt

23-03-24

 

Ieder weet dat de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) in grote moeiten verkeren. Heel kort door de bocht is het probleem, gaan deze kerken mee richting Nederlandse Gereformeerde Kerken, beïnvloed als ze zijn en worden door de rand van zgn. samenwerkingsgemeenten[1] of houden ze vast aan de orthodox gereformeerde koers die haar kenmerkte? Er dreigt een scheuring in deze kerken, zó groot zijn de tegenstellingen geworden. Maar op allerlei manieren probeert men dat te voorkomen. En dat is begrijpelijk en terecht. Een scheuring is vreselijk en alleen geoorloofd als gehoorzaamheid aan Gods Woord zélf in geding is.

 
Daarbij komt dat de CGK nogal trots is (zo ervaren wij dat tenminste) op haar 'middenpositie'. In de woelige baren van de 'gereformeerde gezindte' staat daar fier de CGK die sinds jaar en dag 'de boel bij elkaar weet te houden'. En hoezeer de 'flanken' (wat een vervelend woord in de kerk) ook verschillen, men wist toch samen in één kerkverband te blijven functioneren. Wel vraag je je soms af in hoeverre dat geestelijk het geval is als hier en daar kansels zijn gesloten voor bepaalde voorgangers.

 

Waarom is het nu zo spannend geworden?
Het gaat vooral om de hermeneutiek, de manier waarop de Schrift moet worden uitgelegd. Daarin is een fundamenteel verschil van inzicht gegroeid. In minstens drie zaken wordt dat heel duidelijk:

  • Schepping. Geeft Genesis 1-3 een historisch betrouwbaar verslag van Gods scheppend handelen of kunnen we gerust uitgaan van een 14 miljard jaar oude evolutionaire ontwikkeling van niets tot iets? Men wist toch tijdens Genesis niets van sterrenkunde zoals wij met onze wetenschap?
  • Ambten. Volgens de Schrift mogen de ambten uitsluitend door mannen worden vervuld. Maar dat was wel in een patriarchale tijd met een heersend gezinshoofd, zo is veler gevoelen.  Geldt dat dan nog wel voor onze moderne tijd waarin ontwikkelde vrouwen allerlei leidende maatschappelijke functies vervullen?
  • Homoseksualiteit. De Schrift is nergens positief over homoseksuele relaties, integendeel. Maar is 'onze moderne homoseksualiteit' niet van een heel andere aard? Het gaat nu immers om homoseksuele identiteit, waar men destijds geen weet van had en dus ook niet kan hebben verboden toch?

Antwoorden op deze vragen, men noemt ze ironisch wel 'ijkpunten van orthodoxie', bepalen in welke 'hoek' van de kerk je thuishoort: 'conservatief' (behoudend) of 'progressief (vooruitstrevend), zoals men dat graag aanduidt. Maar er zijn natuurlijk veel meer samenhangende vragen want de modern-hermeneutische benadering van de Schrift kent nauwelijks grenzen. Denk aan het onderhouden van de geboden t.a.v. zondagsrust, kerkgang, huwelijk en echtscheiding, verbond en kinderdoop, kerkvisie.

 

Het eerst genoemde punt heeft jarenlang voor een controverse gezorgd tussen de CGK en GKv door de leer van prof. dr. B. Oosterhoff. Maar binnen de CGK heeft het niet tot grote problemen geleid. Maar waarom die andere twee nu dan wel?

O.i. omdat de onderliggende fundamentele opvattingen t.a.v. de Schrift onvermijdbaar openbaar zijn en worden, visueel waarneembaar en persoonlijk confronterend. Heel eenvoudig, als je er diep van overtuigd bent dat de vrouw-in-ambt tegen de Schrift ingaat dan is het onverdraaglijk zondags toch een vrouw op de kansel te zien staan. Haar in de besprekingen op kerkelijke vergaderingen te moeten accepteren, wellicht zelfs met haar te moeten samenwerken.  

 

Iets soortgelijks geldt voor de aanvaarding van homoseksuele relaties. Opnieuw, als je oprecht gelooft dat zulke verbintenissen tegen de Schrift ingaan en zondig zijn, dan is het onverdraaglijk deze als volwaardig in de gemeenschap van de kerk te moeten accepteren. Denk aan het samen aangaan aan het Heilige Avondmaal, denk bijvoorbeeld aan huisbezoek door homoseksueel- of lesbisch samenlevende ambtsdragers.

 

Gaat het om mensen als zodanig? Kunnen wij het niet verdragen dat er een vrouwengezicht op de kansel verschijnt, of een homoseksuele man of vrouw ons een bezoek zou brengen? Dat is het niet. Het gaat om eerbiedigen en erkenning van wat de Schrift ons als zonde voorhoudt en hoe wij zullen leven met de Heere en elkaar.
Dáár gaat het om!

Het gaat zelfs primair niet om beslissingen van kerkelijke vergaderingen hoezeer die als gezaghebbend naar art. 31 KO moeten worden gehoorzaamd. Het gaat ten diepste om het Sola Scriptura!

 

Wij hopen én bidden dat de CGK op dit niveau de moeiten verder zal bespreken en besluiten nemen. Want naar onze overtuiging staat en valt deze kerk er mee. Het zou ons (weer) diep verdriet doen als na de GKv ook de CGK capituleert voor het modern hermeneutisch denken waarmee alles wat God gebiedt op losse schroeven kan worden gezet. We proberen voor zover we dat kunnen bij te houden wat er zoal gebeurt in de CGK kerken, hoe men probeert de eenheid te bewaren. En dat is ook een heel groot goed! Maar de brandende vraag is:op welke wijze? En tot welke prijs?

 

Deze keer laten we iets zien van de kant van wat heet Bewaar het Pand', een orthodoxe vleugel (weer een vervelend woord) van de CGK. We vonden in het gelijknamige blad een opmerkelijk tweegesprek tussen Bert en Koos. Gefingeerd natuurlijk, maar het is een poging het een en ander duidelijk te maken als 'uit het leven gegrepen'. En het zou ook zomaar kunnen dat het gesprek minder verzonnen is dan gedacht.
We mengen ons onder de naam Diederik vrijmoedig, misschien wel een tikkeltje vrijpostig, in het gesprek.

 

Het gesprek

 

Bert: Zeg Koos, jij hebt zeker ook al wel het nodige ge­hoord over het convent dat wordt belegd over de toe­komst van onze kerken?

 

Koos: Natuurlijk man, ik sprak vorige week dominee Goedopdehoogte nog en die vertelde me er het één en ander over. Hij maakte me duidelijk hoe het er op sommi­ge classes aan toe gaat. Erg triest. Het is dan misschien toch wel goed dat er zo'n convent komt?

 

Bert: Ja, denk je dat? We hebben toch een generale syno­de die beslissingen moet durven nemen? Maar die heb­ben het zelf laten lopen, door steeds van die halfzachte besluiten te nemen en niets te doen aan gemeenten die vrouwelijke ambtsdragers bevestigen. De synodes bleven maar pappen en nathouden. Zodoende krijgen we nu de rekening gepresenteerd. Ik heb het altijd al gezegd: dit kan niet goed blijven gaan. Ze moeten ongehoorzame ker­ken er gewoon uit zetten. Maar luisteren naar wat ik zei? Ho maar! Ik ben er klaar mee. Wat mij betreft veranderen ze vandaag nog het naambordje bij de deur van onze kerk en sluiten we ons aan bij een ander kerkverband. Voor mij hoeft het niet meer. Het was toch al niet veel meer, het is nu nog minder en het wordt straks helemaal niks ...

 

Koos: Ho, ho, Bert! Pas toch op met wat je allemaal zegt.

 

Diederik: Ja, Bert, je gebruikt wel krasse taal. En het is gevaarlijk als je je zo door je emoties mee laat sleuren. Geduld en zachtmoedigheid zijn christelijke deugden die gemakkelijk verdwijnen in grote kerkelijke moeiten. We weten dat uit ervaring.
Maar, ik probeer de kern van je frustratie te vinden. Is het niet dit, dat ondanks vele kerkelijke onderbouwde besluiten en talloze gesprekken, gemeenten en ambtsdragers 'gewoon' tegendraads hun eigen gang gaan? Dat zij besluiten die na diepgaande besprekingen door de kerken gezamenlijk werden genomen, naast zich neerleggen? Ik kan me je grote moeite voorstellen, dat moet gezegd!    

 

Bert: Maar ik meen het wel. Ik zie ook echt niets in zo'n convent. Want dat wordt natuurlijk praten, praten en nog eens praten en aan het einde van de dag zijn de plooien gladgestreken en moeten we elkaar maar verdragen uit liefde voor Jezus. Ik zeg het je: het eind van het liedje is dat wij moeten zwijgen en gemeentes die hardnekkig tegen alle besluiten zijn ingegaan en onze kerken hebben verscheurd het voor het zeggen krijgen. Daar bedank ik voor.

 

Diederik: Ik denk niet dat het op zichzelf een slechte zaak is als broeders een ultieme poging doen elkaar te bereiken. We zien maar al te vaak een houding van 'ik ben het er niet mee eens, dus praat niet meer en ga weg'. En dat is bepaald niet Bijbels.
Maar als je gelijk krijgt, dat we uit 'liefde voor Jezus' fundamentele afwijkingen van de Schrift moeten tolereren, dan sta ik achter je, dat kan niét. Zelfs als dat tot gevolg heeft dat kerken elkaar moeten loslaten. 

 

Koos: Nou, Bert ... Draaf je niet een beetje door? We hebben beiden hetzelfde verdriet over alle ontwikkelingen, maar ik ben toch ook van harte verbonden aan onze Christelijke Gereformeerde Kerken. En weet je hoe dat komt? Ik heb dat boek "En toch niet verteerd" over de geschiedenis van onze kerken sinds 1892 er nog eens bij gepakt. Toen viel het me weer op hoezeer in de beginjaren in de strijd om het voortbestaan van de Christelijke Gereformeerde Kerk dezelfde verwijten als nu langskwamen, zoals gebrek aan

liefde en scheurmakerij. Er waren er zelfs bij die Kuyper citeerden dat de Afscheiding 'krank in de levenswortel was'. Maar ds. F.P.L.C. van Llngen en ds. J. Wisse lieten zich niet verleiden tot eenzelfde grote woorden, maar gaven hun zaak aan de Heere over en hebben van daaruit gehan­deld …

 

Diederik: Ik voel de behoefte, Koos, om even in te breken. Want doe je Bert wel recht? Ik probeer te verwoorden hoe hetgeen je zegt bij mij overkomt.

Terwijl Bert aangeeft grote moeite te hebben met de huidige afwijkingen van de Schrift en de voortgaande, zelfs uitbreidende tolerantie daarvan in de gemeenten, ga jij daar niet op in maar verhaal je iets uit de begingeschiedenis van de CGK en probeert hem daarmee te dimmen. Maar is dat wel terecht? Ik wil proberen aan te geven waar mijn punt zit.

Laten we de situatie van toen, rond 1892, en de situatie nú inderdaad eens vergelijken. Van Lingen en Wisse hadden bezwaren tegen eenwording met de dolerenden[2]. Maar de christelijke gereformeerde synode [3]wees hun bezwaren af nog voordat de Vereniging tot stand kwam.

Echter de predikanten legden zich er niet bij neer en braken met hun Afgescheiden broeders en zusters. Ze stichten hun eigen kerkverband, kwamen al in januari 1893(!) in synode bijeen. Ze lieten dus niet alleen 'hun zaak aan de Heere' over maar zij handelden snel en braken binnen een half jaar met de gemeenschap van de Afgescheiden kerken. Dat zijn de feiten!
Hoe is het nu, Koos? Er vindt als het ware een sluipende 'Vereniging' plaats met de NgK in de zgn. 'samenwerkings- of samenwerkende gemeenten. Dat is al jarenlang gaande en breidt zich nog steeds uit. We komen in het nieuwste Handboekje van de NgK zelfs de naam van dr. H.G.L. Peels tegen als emeritus van deze kerken[4]!
De ketterijen in de NgK rond de uitleg van de Heilige Schrift, seksualiteit en huwelijk, zondagsheiliging, verbond en doop, ambten, schepping en evolutie beïnvloeden wekelijks in de prediking vele christelijke gereformeerde broeders en zusters met hun kinderen. Als je dat met de bezwaren van Van Lingen en Wisse en hun activiteiten vergelijkt dan is het toch onbegrijpelijk dat er tot nu toe niet krachtiger handelend is opgetreden? Kan er dan toch niet meer begrip zijn voor Bert en zijn emoties, Koos? Die moet je toch zelf ook hebben als Gods Woord je lief is? Dan moet je toch uiteindelijk niet bang zijn voor (onterechte) verwijten als liefdeloosheid en scheurmakerij als je zegt: 'tot hier en niet verder!' en daar ook naar handelt?

 

Koos: … En Bert, hebben wij dat nu ook al écht gedaan? Of laten we ons nog te veel leiden door allerlei persoonlijke frustraties en menselijke berekeningen?

 

Bert: Koos, dat is zeker een terechte vraag, maar ik kan er eerlijk gezegd niet zoveel meer mee. Als ik dan ook hoor wat dominee Vleiendepraat allemaal zegt, dan krijg ik het Spaans benauwd en denk ik: gauw wegwezen hier. Ik voel me als een kat in een vreemd pakhuis.

 

Koos: Maar Bert, onze kerk is toch geen pakhuis? Het raakte me hoe ds. Van Lingen en ds. Wisse toen uit hun mond hebben laten optekenen hoezeer de Heere alleen wist wat het hen had gekost voordat hun besluit was ge­rijpt om niet mee te gaan met de Doleantie, Ik las: "Bergen van bezwaren drukten hen, door geweldige aanvallen van satan werden ze gefolterd, lieve broeders die hun bezwa­ren kenden, beklaagden hen en anderen die geen gevoel hadden voor die bezwaren, spraken harde taal tegen hen." Maar ze gingen biddend en worstelend hun weg.

 

Kijk Bert, zó zijn onze kerken op de knieën geboren. Men wilde eenvoudig blijven wat men was: christelijk gereformeerd. Tegen een vereniging, die een werkelijk samengaan van gelovigen wilde zijn, waren ze niet gekant. Maar tegen wat in hun ogen het samenvoegen moest betekenen van heterogene groepen, die in principe met betrekking tot de kerk lijnrecht tegenover elkaar stonden en in dat opzicht onverzoenbare posities hadden ingenomen. En wat toén gold voor de samenvoeging, geldt dat nu niet hetzelfde voor het bijeenhouden van onze kerken? Laten we dan ook nu maar in het spoor van Wisse en van Van Lingen blijven gaan. Niet met een Jehu's ijver, maar biddend om Gods licht en genade.

 

Diederik: Ook hier, Koos, wil ik graag wat zeggen over wat je naar voren brengt.

Allereerst, hoe vroom deze voorgangers ook zijn geweest, en daar doe ik niets aan af, maar die kan nooit een argument zijn om hun handelen Schriftuurlijk te funderen. Er zijn ook heel 'vrome' ketters en dwaalleraars (zie b.v. 2Kor.11:15). Ook het omgekeerde is waar, de grootste zondaars, denk maar aan David, Petrus en Paulus wil God gebruiken voor Zijn Koninkrijk.
Waar gaat het om? Om samen Christus volgen in gehoorzaamheid aan Zijn Woord. Eenheid die gefundeerd is op de Schrift, de gereformeerde belijdenis en samenleeft volgens een gereformeerde kerkorde. Dáár gaat het om! Dat is volgens mij ook christelijk gereformeerd.

En Koos, ik moet eerlijk zeggen, dat je in mijn ogen iets vreemds doet. Je lijkt plotseling Van Lingens en Wisse's oproep tot afscheiding destijds om te toveren naar een oproep tot bij elkaar blijven nú! Ik kan dat niet goed volgen, span je hen niet voor een verkeerd karretje? Want iedereen met geestelijke ogen ziet toch dat binnen de CGK er inmiddels 'heterogene' groepen gemeenten zijn die 'lijnrecht tegenover elkaar staan'? En die, zo is steeds weer in de praktijk gebleken, 'onverzoenlijke posities' hebben ingenomen. Onverzoenlijk, want er wordt niet gebogen voor het gezag van de Schrift!
Zeker, geen Jehu's ijver, en ook bidden om Gods licht en genade. Maar vergeet niet de brieven van Paulus aan Timotheus waarin hij o.m. schrijft: '… maar slechte mensen en bedriegers zullen van kwaad tot erger gaan: zij misleiden en worden misleid maar blijf jij maar bij wat je geleerd hebt …' (2Tim 3). Dat moet m.i. in alle wijsheid, liefde, geduld, tot voortvarendheid leiden.

 

Bert: Tsja, Koos. Je weet dat ik nu eenmaal wat anders in elkaar steek dan jij; Ik vind dit allemaal nog zo afwachtend; Maar mijn geduld is op.

 

Koos: Dat snap ik. Maar Wisse en Van Lingen hadden in 1892 ook geen vooropgezet plan. Er was niets berekenend aan. En op de eerste synode die ze in 1893 belegden waren maar acht kerken aanwezig die elkaar vasthielden. Maar heeft de Heere toen niet laten blijken dat Zijn zegen daarop rustte? Van diezelfde God moeten we het nu ook hebben, Bert!

 

Diederik: Je drukt je soms wat rauw uit, Bert. Maar ik kan wel met je meevoelen. En Koos, de zegen van de Heere is toch afhankelijk van gehoorzaamheid aan Hem en zijn Woord? Er was welvaart en vrede in Israël als het volk Zijn inzettingen en geboden in acht nam. Tegelijk dreigt ook 'de ballingschap' als we vervallen tot afgoderij van de 'middelpuntig mens' die zelf bepaalt wat de inhoud van zijn geloof is en een kerk creëert waar hij zich 'lekker' voelt.

Zouden we niet in de breedte van de zgn. 'gereformeerde gezindte' weer samen onze belijdenis aangaande de kerk als verwoord in art. 27-29 NGK ter harte en serieus moeten nemen en er daadwerkelijk uit leven?

 

Koos, graag nog iets tot slot. Je staat helemaal achter de predikanten Van Lingen en Wisse en hun besluit niet mee te gaan met de verenigde kerk, zo begrijp ik uit jouw aandeel in het gesprek. Maar je weet ongetwijfeld ook dat hun (kern)punt was dat met de Vereniging het 'beginsel van de Afscheiding' niet ongeschonden zou worden bewaard, zou worden verloochend. Wat was dat beginsel? Dit: 'dat de Nederlandsche Hervormde Kerk eene valsche kerk is' en dat de Christelijke Gereformeerde Kerk 'de voortzetting van de Kerk der Vaderen is'! En dat men 'de erkentenis daarvan derhalve van de Nederduitsche Gereformeerde Kerken dient te vragen'.[5]   

Maar wat ik dan echt niet begrijp is dat kortgeleden de bekende christelijke gereformeerde ds. J.M.J. Kievit in De Wekker[6] verklaarde, kijkend naar zijn eigen kerk:

 

'Een gezamenlijke terugkeer naar de hervormde wortels – dat is mijn heimwee en mijn gebed. () Er is alle reden tot verootmoediging en bekering. Ik las van een landbouwer in Breukelen, een eeuw geleden, die zei 'De Hervormde Kerk ligt verzonken in de schuld. De afgescheiden kerken zijn gebouwd op de schuld'. Daarin herken ik me. Het mes snijdt in mijn eigen vlees als ik met pijn erken dat de Afscheiding van 1834 een voorbarige en onterechte beslissing is geweest.'

 

Dat is toch een ondubbelzinnige verloochening van het 'beginsel van de Afscheiding'? Zouden Van Lingen en Wisse zich niet prompt hebben afgescheiden van een CGK waarin deze opvatting gemeengoed is of dreigt te worden? Had Kuyper dan toch gelijk met zijn felle oordeel dat 'de Afscheiding krank in de levenswortel was'?

 

Ik ben volstrekt in verwarring geraakt.

 

……

 


 

Tot zover onze ongevraagde deelname aan het gesprek. Zouden jullie, Bert en of Koos, me verder kunnen helpen met antwoorden op mijn vragen? 

 

Na afloop

 

We lazen in de laatste Bewaar het Pand (59, 21-03-24), het artikel 'Beslissend moment' dat gaat over het 'Convent'.
De keuze van de broeders is duidelijk: A.
Ze refereren daarbij aan een kanselboodschap van 1953 toen

 

'er al op werd gewezen dat de tijden diep ernstig waren en dat het oordeel zal beginnen van het huis Gods uit. Zien we het niet voor onze ogen gebeuren? Al luider klinkt de roep: 'Ziet, de Bruidegom komt'. Zijn we daarop voorbereid?

Een wonder van genade als dan zal klinken: 'Gij hebt Mijn Woord bewaard en hebt Mijn Naam niet verloochend.'


Daar horen ook wij graag bij. 

 

NOTEN

[1] 'Samenwerkingsgemeenten' zijn gemeenten met leden van de NgK en CGK, dus behorend tot twee kerkverbanden.

[2] H. Bouma, de 'vereniging van 1892', p21 ev. Paragraaf Bezwaren.

[3] CGK synode Amsterdam, 7-17 juni 1892. De Vereniging vond plaats op de laatste synodedag: 17 juni 1892.

[4] Jaarboek 2023 van de Nederlandse Gereformeerde Kerken, p61.

[5] Christelijke Gereformeerde Synode Leeuwarden 1891, Acta art. 140. Zie ook H. Bouma, de 'vereniging van 1892', p114.

[6] De Wekker, nr 12, 10 juni 2022 met een uitgebreid interview van P.J. Vergunst, algemeen secretaris van de PKN/Gereformeerde Bond en de christelijke gereformeerde ds. J.M.J. Kieviet. Zie voor een uitgebreid commentaar Knikkende knieën of rechte ruggen 7, click hier.