Signalen 140
R. Sollie-Sleijster
03-12-22
“Wie homorelatie wil zegenen, stuit op een zwijgende Bijbel”
RD 26-11-2022
Dr. A.A.A. Prosman, emeritus predikant in de PKN, en auteur van het boek ‘Homoseksualiteit tussen Bijbel en actualiteit’, geeft zijn visie op het pas verschenen boek van prof. dr. A.L.Th. de Bruijne (TUK) ‘Verbonden voor het leven’.
De studiedag ter gelegenheid van het boek van De Bruijne trok zo’n 400 bezoekers, waarvan de meesten het min of meer eens waren met de professor. De hoogleraar ethiek en spiritualiteit zet in zijn boek de wissel om. Een paar jaar geleden vond hij nog dat in een relatie tussen twee mannen of twee vrouwen seksualiteit geen plek kon hebben. In zijn nieuwe boek betoogt hij dat het wel kan en dat kerken behoren te zorgen voor een vorm waarmee zulke relaties ingezegend kunnen worden.
Toch klonken er ook tegenstemmen. Als eerste gaat Prosman in op één van de kernargumenten van De Bruijne, namelijk dat positief spreken vanuit de schepping over homorelaties lastig is, maar dat wie denkt vanuit het komende Koninkrijk van God opeens nieuwe dimensies ziet. De theoloog vindt het ‘alarmerend’ dat de gerichtheid op het eschaton er bij De Bruijne toe leidt ‘dat de natuurlijke banden van huwelijk en gezin worden opengebroken en plaats moeten maken voor de christelijke gemeente als gezin of familie’. Prosman ziet echter juist een zegen van God in die natuurlijke banden, die we niet mogen relativeren voordat het Gods tijd is, ‘anders komen we in het vaarwater van de dopersen, die in de 16-de eeuw ook vooruitgrepen op Gods Koninkrijk’. Hij ziet dan ook geen ruimte voor een kerkelijke zegen. ‘Welke liturgie zou je dan moeten gebruiken? Als de woorden van Paulus dat het huwelijk ziet op de intieme relatie tussen Christus en Zijn gemeente, niet gebruikt mogen worden, welke dan wel? Zijn er dan wel woorden beschikbaar? Wie dit wil stuit op een zwijgende Bijbel!’
Ook Wolter Rose, hoofddocent semitische talen en culturen aan de TUK, en dus een collega van De Bruijne, laat zich kritisch uit. Hij ziet de wending die De Bruijne maakt als ‘een stap terug achter de duidelijke seksuele moraal van Christus en van Paulus.’ Toen de Zoon van God mens werd ‘maakte Hij de seksuele ethiek niet soepeler, maar strenger’. Hij is er absoluut niet van overtuigd ‘dat de Heilige Geest in onze tijd bezig is christenen op dit punt een nieuwe richting te wijzen’. Meegaan met De Bruijne zou hij zien als een motie van wantrouwen tegen zijn Schepper.
Classis Zwolle (CGK) spreekt open en inhoudelijk over homoseksualiteit
RD 1-12-2022
In de CGK kwam het onderwerp eveneens aan de orde. De classis Zwolle voerde een inhoudelijk gesprek met de CGK Zwolle over hoe zij omgaat met homoseksualiteit. Ds. L.J. van Dalen (Zwolle) zei in zijn betoog dat Zwolle voluit artikel 70 van de kerkorde steunt. Dit artikel spreekt over het huwelijk tussen één man en één vrouw als ‘heilige instelling’. Maar ds. S.P. Roosendaal (Lelystad) wees erop dat, hoewel hij blij was met deze uitspraak van Van Dalen, dit niet strookte met een uitspraak uit 2019. Destijds hadden vertegenwoordigers van de CGK Zwolle gezegd dat ook een homoseksuele relatie een afspiegeling kan zijn van de relatie tussen Christus en Zijn gemeente. Die uitspraak laat de hoge norm van het huwelijk van man en vrouw los. Dat mag niet. Hierop reageert ouderling F. Greven (Zwolle) met de opmerking: Wij hebben nooit homoseksuele relaties in de kerk ingezegend. Dat zegt wel iets.
Ds. Sok van Urk (Ichthus) vraagt: Zien jullie de homoseksuele praxis nu als zonde of niet? De Zwolse predikant ds. Plantinga reageert hierop: Nee, wij willen als twee mannen of twee vrouwen in liefde en trouw samenleven, daar niet het etiket ‘zonde’ op plakken. Wij zien het wel als gebrokenheid. Hij verwijst naar de polygamie bij de aartsvaders en de spraakverwarring bij de bouw van de toren van Babel. Daar zou dan het licht van Gods genade doorheen schijnen.
Maar deze uitleg bevredigt beslist niet alle afgevaardigden. Ouderling L. Metz (Urk, Eben-Haëzer) protesteert: ’De verschillende talen worden later in de Bijbel nergens zonde genoemd. Daarentegen was Paulus heel duidelijk over de homoseksuele praxis’. En ook Ds. R. de Jong (Urk, Ichthus) reageert: ‘Ik schrik van de sterke relativering van de zonde, die ik hier hoor. Het uitleven van homoseksualiteit heet in de Bijbel ‘een gruwel’. Dat kan en mag je toch niet weg relativeren?’
Ds. Mijnders van Zwolle wijst erop dat Jezus met tollenaren en zondaren at en daarbij geen donderpreken afstak. Hij meent dat gebrokenheid ook rijkdom kan worden.
Besluiten werden niet genomen op deze classisvergadering. Wel werd nog gesproken over een voorstel van CGK Emmeloord om het gesprek met Zwolle voort te zetten en een voorstel van CGK Lelystad, Kampen en Genemuiden om tegemoetkomendheid te betrachten ten aanzien van de in Zwolle ontstane situatie en praxis.
Op de volgende vergadering van de classis op 11 januari zal o.a. ook gesproken worden over een voorstel van de CGK Urk-Maranatha om de kerkenraad van Zwolle te vermanen over haar kerkelijke ongehoorzaamheid en oproepen tot bekering. En ook over het voorstel van CGK Urk Eben-Haëzer om de correspondentie met de kerk van Zwolle op te zeggen, waardoor zij de facto geen plaats meer heeft in de CGK.