Ethiek

Liturgie en eredienst

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Preken die breken (1)

D.J. Bolt
19-01-07

In de pers wordt onze website, zoals bekend, regelmatig onder vuur genomen. Echter daar blijft het niet bij. Onze website is ook nogal eens onderwerp in de prediking van de gereformeerde kerken vrijgemaakt. Dat is natuurlijk op zich geen probleem. Integendeel, we zien graag dat er aandacht wordt gevraagd voor de zaken die we voor het voetlicht brengen. En we verwachten daarvoor ook niet lof-en-prijs (hoewel een bemoediging en inhoudelijke kritiek erg op prijs worden gesteld). We weten verder dat onze arbeid niet vlekkeloos en zondeloos is.

Maar af en toe horen we (van) preken waar we toch echt moeite mee hebben. Zodat het ons over de schoenen loopt, bij wijze van spreken. Preken die ver afwijken van wat een gereformeerde preek behoort te zijn. Die onze en vergelijkbare activiteiten dermate in een verkeerd daglicht zetten dat een publieke reactie nodig en verantwoord is. Ook omdat zulk preekwerk het geloof dat God spreekt door de mond van zijn dienstknecht, aantasten.
We willen in dit kader aandacht schenken aan een tweetal preken. Een van ds. H.J. Boersma te Haulerwijk. De ander van ds. G.J. Slotman te Dalfsen. Deze week becommentariëren we de eerste, volgende week hopen we aandacht aan de tweede te geven.

We geven ons commentaar (in blauw) in de preek zelf. Je zou met een knipoog dat 'een interactieve preekbespreking' kunnen noemen. Men wil tegenwoordig toch graag weerwoord uit de gemeente?[1]


Preek ds. H.J. Boersma, Haulerwijk

Gehouden op 9 juli 2006 in de kerk van Drachten-Z/W[2]
Lezen en tekst: 1 Petr 3: 8-15

De duivel is met het zaaien van twijfel aan de betrouwbaarheid van het Woord erop uit het licht van het evangelie te doven. Aan de theologische universiteit wordt de deur opengezet voor Schriftkritiek. Er treedt een breuk op met de gereformeerde hermeneutiek. Dat zijn uitlegregels voor de exegese. Het curatorium van de theologische universiteit te Kampen handelt zorgwekkend. De synode van Amersfoort idem dito. Het deputatenrapport huwelijk en echtscheiding laat kerkenraden uiteindelijk met lege handen staan tegenover het kwaad van de echtscheiding. De goegemeente wordt in slaap gesust, geruststellende woorden van predikanten, kerkelijke vergaderingen. Trouwens is het met die goede bedoelingen wel zo goed gesteld? Wie met een doorgeladen pistool een bank binnenstapt moet bij aanhouding zich niet beroepen op zijn goede bedoelingen. Ook moeten wij ons niet blindstaren op de goede reputatie van kerkelijke leiders. Mannen van naam en met een internationale faam kozen ooit de verkeerde kant tegen de afscheiding in 1834 en tegen de vrijmaking in 1944. Vandaag in 2006 is het niet anders. Tegenstemmen wordt het zwijgen opgelegd. Het gewone kerklid wordt eenzijdig voorgelicht. Wat ik citeerde stond en staat in De Reformatie van afgelopen week geschreven door mijn collega J. Wesseling onder de kop "Vechten langs de snelweg" .
Inderdaad, dat klopt. Er wordt letterlijk uit De Reformatie ds. Wesseling geciteerd. Maar hier gaat het onmiddellijk al helemaal mis. Om twee redenen.
In de eerste plaats omdat dit "citaat" dat Wesseling publiceerde niet een citaat uit een publicatie van één in waarheid was maar een bij elkaar geraapt aantal, uit zijn verband gerukte frasen. Zo kun je dus makkelijk een verkeerd beeld neerzetten.
In de tweede plaats wordt hier de regel van hoor en wederhoor wel heel grondig overtreden. Hier wordt als een Scatophaga Stercoraria
[3] op een warme paardevijg af gevlogen. Tussen haakjes, om wesselingiaanse misverstanden te voorkomen, er wordt noch Boersma met bedoelde vlieg, noch EiW-werkzaamheden met uitwerpselen vergeleken. Het punt van vergelijking is de gretigheid waarmee een negatieve publicatie over één in waarheid in een preek wordt verwerkt. De inkt van Wesselings artikel was nog maar nauwelijks droog of het werd het volk al als 'waarheid' op de kansel verkondigd. Dat is toch niet oorbaar?
Wat zou het goed zijn geweest als ds. Boersma even de tijd had genomen om ons antwoord op Wesselings artikel te lezen, zoals dat twee dagen voor zijn preek(!) op de website verscheen.
[4] Misschien dat er dan veel in zijn preekpen was gebleven. 

Op het wereldwijde web is enige tijd geleden een nieuwe website verschenen. Op de digitale snelweg kun je nu ook even parkeren op de site 'één in waarheid', http://www.eeninwaarheid.nl/. Mijn collega Wesseling schrijft: Laat deze mensen sluiten deze site. Gisteren of eergisteren stond in de krant: ze blijven doorgaan. Verontruste broeders en zusters in onze kerken blijven op de digitale snelweg hun publicatie publiceren. De digitale snelweg, daar gebeurt het op. En op deze snelweg is het uitkijken geblazen, broeders en zusters.
Digitaal staat tegenover analoog. Digitaal vechten is levensgevaarlijk voor een kerk.
Hiermee is de toon gezet. De broeders en zusters in de ere(!)dienst zijn hiermee kopschuw gemaakt. Pas op voor deze levensgevaarlijke kerkelijke digitale vechtersbazen!

Ik zal u uitleggen waarom. Het heeft met die twee begrippen te maken digitaal en analoog. Kijk, het internet is een digitale snelweg. Ik zal met heel eenvoudige voorbeelden uit het leven proberen uit te leggen hoe internet werkt. Op dat internet, die digitale snelweg, komen duizenden vervoersmiddelen, zeg maar twee auto's elkaar in sneltreinvaart tegen. Passeren elkaar in sneltreinvaart. En ook op die digitale snelweg kunnen voertuigen met elkaar in botsing komen. En wat gebeurt er dan, als er een crash is? Gaan dan de deuren open en stappen de passagiers uit en proberen die tot overeenstemming te komen? Om iets te zoeken wat analoog is bij hun? Waarin ze overeenstemmen? Dat doen ze niet. De deuren blijven gesloten van de beide voertuigen. Dat is namelijk heel kenmerkend op de digitale snelweg, de deuren blijven gesloten. Iedereen blijft in zijn voertuig zitten. En de dynamiek van internet, van cyberspace is dat je oplossing zoekt buiten het analoge. Buiten wat je eensgezind maakt. Dus wat gebeurt er: zonder dat je met elkaar in contact te treden gaat een zo verder. En de problemen blijven. Er wordt niet gesproken op basis van overeenkomsten. De oplossing wordt niet gezocht bij zaken waarin je overeenstemt. Technisch gezien het kenmerk van een digitale snelweg. Er is geen intentie naar analogie te denken en te handelen. Het is tet en dan zo (gebaar van botsen en weer uit elkaar). Er is geen toenadering op basis van gelijkheid, eensgezindheid, zoals Petrus dat uitriep.
Het is erg gevaarlijk als een predikant probeert techniek uit te leggen waar hij geen verstand van heeft. Zeker als er onder zijn gehoor zitten die tientallen jaren in de ICT-wereld werkzaam zijn geweest en alle ontwikkelingen daarvan van dichtbij hebben meegemaakt.
Wat de predikant hier "technisch" uitlegt slaat als een tang op een varken en is onjuist en verwarrend. Want 'analoog' en 'digitaal' staan technisch helemaal niet in zo'n tegenstelling tot elkaar. Nog sterker, om de verwarring nog iets groter te maken: digitale informatie wordt op zijn diepste laag (layer) analoog over gedragen. Dat het internet 'digitaal' genoemd wordt heeft alleen betrekking op de manier waarop informatie gepresenteerd wordt in 'nullen en enen'in een bepaalde communicatielaag.
Er is dan ook helemaal geen sprake van "tet" en "crash" . Eigenlijk is er t.a.v. van informatieoverdracht functioneel nauwelijks verschil met brievenpost en tijdschriften. Het wezenlijke verschil is dat het met een razende (electronische) snelheid gaat
[5]. Je hoeft je brief niet naar de brievenbus te brengen, het postbedrijf hoeft hem niet halen, te sorteren met honderdduizenden andere en hem ook niet door een postbode te bezorgen. Verzender van electronisch brieven (email) drukken op een knop en binnen een fractie van een seconde (meestal) zit het schrijven in de brievenbus van de geadresseerde(n) waar ook ter wereld!
Hetzelfde geldt voor publicaties. Artikelen worden niet meer gedrukt, verzameld in een kafje en gedistribueerd via de post etc. Gewoon vanuit je schrijversstoel plaatsen op de website is voldoende. En al je geadresseerden kunnen het op het eigenst moment lezen. Waar ook ter wereld?Dát is een van de belangrijkste kenmerken van het web.
" Tet" en "crash" is dus geen bijzondere eigenschap van internet. Als er al sprake van zou zijn dan geldt dat ook voor conventionele (brievenpost)systemen.


En nu heet de titel van deze website: 'één in waarheid'. Maar digitaal, technisch gezien, kan dat helemaal niet. Deze website veronder..suggereert eenheid. Maar als je het systeem van internet technisch bekijkt kan zo'n titel digitaal, digitaal technisch helemaal niet. Je zoekt niet naar overeenkomsten, nee, de geschillen blijven. Je zoekt oplossingen buiten het analoge. Buiten wat je eensgezind maakt. Dus 'éénheid in waarheid'  is een tegenstrijdigheid in woorden. En dat is een gevaarlijke weg.
Het is beter dat we met elkaar gaan op de analoge heilsweg waarop God ons heeft gezet. Want daar vind je de oplossingen voor conflicten. Zo los je dus niets op. Technisch gezien, digitaal technisch gezien, op geloofsniveau gezien, los je niets op. Het is onmogelijk om in een digitale wereld analoog te denken. Dat kan helemaal niet.
Nou, daar kunnen de broeders en zusters het dus mee doen, het kan helemaal niet wat één in waarheid doet. En de titel van hun website kan "digitaal technisch helemaal niet" . We zaten paf toen we het hoorden! Wat een technische deskundigheid.
Als we het goed begrijpen is dit de clou van de preek: 'analoog' staat bij deze predikant voor zoeken naar overeenstemming terwijl 'digitaal' staat voor zoeken naar verschillen. Dat laatste gebeurt dan op het internet. M.n. door één in waarheid. We zoeken naar dingen met als doel, niet eensgezind hoeven te zijn.
De naam van het web is al een leugen in zichzelf.


We laten de pastorale 'techniek' nu maar verder voor wat het is. Belangrijker is dat deze predikant niet of nauwelijks kennisgenomen blijkt te hebben van onze publicaties en vrijwel klakkeloos ds. Wesseling napraat. En totaal voorbij gaat aan wat we bij diverse gelegenheid hebben verduidelijkt over het waarom van de site.
Wij streven juist wél naar eenheid in de kerk. Eenheid rond het Wóórd. Het Woord dat de Waarheid is. Wij willen elkaar aanvaarden, hoe verschillend we ook zijn, bij de Schrift. Eén Here, een geloof, een doop
[6], daar gaat het om. En als er dan op de website één in waarheid veel artikelen verschijnen waarin kritiek wordt geoefend op ontwikkelingen in onze kerken dan zit daar maar één streven, één hartstocht achter, namelijk om samen te blijven bij het Woord. Om zó samen een eenheid te vormen rond de Waarheid. De naam één in waarheid is een belijdenis en tegelijk een programma: Blijven bij het Woord. Dat is niet "gevaarlijk" maar levensbelangrijke noodzaak.
Het is volstrekt verkeerde voorstelling van zaken als deze predikant ons verkondigt dat we maar op de overeenkomsten moeten letten en dat het dan wel goed komt. Dat dát de "analoge heilsweg van God" zou zijn. Hoe komt hij er bij? Als dat bepalend is voor 'eenheid in waarheid' mag je wel driekwart of meer uit je Bijbel scheuren. Hoe vaak en indringend wordt het volk van God, haast op elke pagina, gewezen op zonden, afdwalingen. Zelfs in de gekozen tekst voor die zondagmorgen. De eerste brief van Petrus staat bol van vermaningen. Eenheid ontstaat in gehoorzaamheid zoals Petrus dat zegt:

" Nu gij uw zielen door gehoorzaamheid aan de waarheid gereinigd hebt tot ongeveinsde broederliefde, hebt dan elkander van harte en bestendig lief, als wedergeboren, en niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en blijvende woord van God."
[7]

Samen gehoorzaam aan de Waarheid, daarmee wordt bestendige broederliefde geboren en onderhouden. Als er sprake is van ongehoorzaamheid aan het Woord is dat het eerste wat aandacht moet hebben omdat het de eenheid van het geloof verbreekt en ook de liefde aantast. Dat is ook de achtergrond van onze publicatieactiviteit op internet.

Nou is mijn vraag aan de verontruste broeders en zuster in ons kerkverband, en misschien zitten ze hier ook is het werkelijk uw intentie om wel te botsen met de andere meningen zonder de wil te hebben om te spreken over wat je verbindt. Het analoge, wel verontrust zijn maar niet willen verbinden. Nu geef ik er een geestelijke laag aan: is dat de intentie van verontruste broeders en zusters?
Als ds. Boersma de moeite genomen had publicaties van ons te lezen dan had hij het kerkvolk al een goed antwoord kunnen geven. Maar hier worden broeders en zusters weggeïnsinueerd. Je doet het niet, maar onze neiging was om te gaan staan en de dominee van repliek te dienen. Hem ter plekke duidelijk te maken dat wat hij hier doet, niet kán.[8]

Die vraag stel ik ook aan mijn collega J. Wesseling. Die zegt: sluiten die website. Hij wil dus gewoon de geschillen oplossen door deze mensen, deze broeders en zusters de mond te snoeren. Zo los je ook geen problemen op. Dat is een heilloze weg. Wil je elkaar meenemen naar de ontmoeting met de Here Jezus Christus dan heb je geen website te sluiten, maar heb je met elkaar in respect om te gaan en te blijven luisteren naar de diepste motieven.
Nu hoort ds. Wesseling het ook eens van een collega. Maar toch mist Boersma hier weer het eigenlijke punt. Het gaat ten diepste niet om respectabele motieven. Die zijn vrijwel altijd goed, ook van de grootste ketters. Het kan zelfs (omgekeerd) zo zijn dat ondanks verkeerde motieven toch het goede wordt gedaan.[9] Maar het gaat om de gehoorzaamheid aan het Woord in onze kerken: in dogmatiek en synodebesluit, in publicatie en artikel, in woord en daad. Of dwalingen actief en daadwerkelijk worden bestreden en uit het kerkelijk samenleven weggedaan.
Dáár gaat het om.

Daarom is er maar één oplossing: met elkaar lopen over de analoge heilsweg. De bijbelse heilsweg. En op die weg waarop God ons heeft gezet vanaf het begin van ons leven, staat boven die weg een groot spandoek: Denk analoog niet digitaal. Dat is mijn thema van de preek ook.
Denk analoog niet digitaal, om in de kleur te blijven van deze intro.
Denk analoog niet digitaal. Ik kan het ook bijbels zeggen en dan kom ik bij Petrus terecht. Petrus zegt: in vers 8a: eensgezind, of te wel, denk analoog. En heel het vervolg lijkt er ook wel op. Wees eensgezind.
Ja, daartoe roept Petrus op. (tekstverwijzing) Maar het is zo jammer dat de predikant niet gelijk het vervolg van de tekst daarin betrekt:

" Want: wie het leven wil liefhebben en goede dagen zien, weerhoude zijn tong van het kwade, en zijn lippen van bedrog te spreken; hij wijke af van het kwade en doe het goede, hij zoeke de vrede en jage die na, want de ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen, en zijn oren tot hun smeking, maar het aangezicht des Heren is tegen hen, die het kwade doen."

Dus maar niet: zoek waarin je overeenstemt in nobele motivatie, maar doe actief weg alle kwaad en bedrog. De Here wil rechtvaardigen, tegen kwaden keert Hij zich. Doe weg alle, ook kerkelijke, bedrog en weerhoudt je tong van het kerkelijke kwade. 

Maar kun je een vraag stellen: waar is nou het analoge. Is er nou nog iets dat ons verbindt? Zijn wij een analoge kerk? Zijn wij een echte kerk van onze Here Jezus Christus? Zeker, als je alleen eens kijkt wat Petrus zegt aan het begin van zijn brief. Wie zijn wij in verbondenheid met die geloofsgenoten in Turkije. Hij zegt: wij zijn christenen, maar die zijn uitverkoren als vreemdelingen te wonen op deze aarde. Want je bent en blijft vreemdeling. Dat maakt ons al verbonden met elkaar. Vanaf het moment dat je gedoopt bent en door God opgenomen in het verbond zijn wij vreemdelingen. Wij zijn bijwoners op deze aarde, lees het ook maar in Hebreeen 11 na. Dat is een. Dat maakt ons al eensgezind. Onze status. Wij zijn burgers in het koninkrijk van God. Als gedoopte mensen, als gelovige mensen. En wat zegt Petrus nog meer in hoofdstuk 1. Daar God de Vader zijn wij voorbestemd, voorbestemd, uitgekozen dus, om geheiligd door de Geest, gehoorzaam te zijn aan Jezus Christus en met zijn bloed besprenkeld te worden. Genade zij u en vrede in overvloed. Dus al vanaf het moment van je doop laat God zien: je bent voorbestemd om geheiligd te worden. Gods Geest raakt jou om je af te zonderen als christenen, om gehoorzaam te leven aan God en Jezus Christus. Aangeraakt door Gods Geest stelt God je, u daartoe instaat om gehoorzaam te zijn. We zijn vanaf het moment van de doop ingewijd als speciaal volk, naast het volk Israël[10], is er nog die schare die niemand tellen kan, al die gelovigen in de Here Jezus. En die zijn door de Geest aangeraakt[11] om gehoorzaam te zijn, apart gezet, om gehoorzaam te zijn aan de Here Jezus. Daarvoor zijn we ingewijd al van het moment van je doop is dat zo om je leven in dienst te stellen, in je leven te laten gezeggen door de Here God en de Here Jezus. En je te laten overtuigen door de kracht van Gods Geest.
En zo kunnen wij dus ook als gedoopte mensen, als gedoopte christenen Jezus Christus gehoorzaam zijn. We zijn ingewijd[12] met het doop water maar ook besprenkeld met het bloed van onze Here Jezus. Doopwater en het bloed van de Here Jezus die horen onlosmakelijk bij elkaar. Doop en Avondmaal. We zijn door beiden besprenkeld met het bloed van de Here Jezus als christenen van deze tijd.
Hier staan mooie dingen. Vreemdelingschap, gehoorzaamheid, drieënige God en doop, het heeft allemaal met elkaar te maken. Dat mag veel aandacht hebben in een tijd waar voor de christelijke levensstijl meer van de wereld wordt gekopieerd dan nageleefd overeenkomstig de godsvrucht die de Schrift leert.

Dat maakt ons al eensgezind. Dat maakt al dat wij analoog kunnen denken. Die gave heeft God ons al gegeven. En dat blijkt uit nog meer. Want hij eindigt in deze groet aan het begin van de brief met: Genade zij u en vrede in overvloed. Genade kun je vertalen met Jezus. In plaats van vrede kun je het woord God zeggen. Dankzij onze Here Jezus hebben wij hier mensen, christenen van onze tijd, vrede met God. In overvloed hebben wij die genade ontvangen. Wij mogen onze Here God weer onder ogen komen in deze tijd als biddende christenen. Dankzij onze Here Jezus. Die gave heeft onze God ons overvloedig gegeven. Petrus wil niet anders dat die genade ook in overvloed wordt ervaren in de gemeente. Want dat zijn gaven die God ons heeft gegeven, elke keer, elke dag weer. Speciaal ook op zondag. Genade en vrede. En zo zijn we dus als eensgezinde analoge mensen op de aarde gezet. Met genade en vrede. Zo mogen wij hier zijn. In overvloed, met de Here Jezus, met zijn Geest in verbondheid met onze Here God.
Wij zijn dus uitverkoren mensen en Petrus herhaalt die term op een andere manier en zeg verderop in zijn brief: we zijn een uitverkoren priesterschap. Als je gedoopt bent behoort je bij het uitverkoren priesterschap. En dan zegt hij daarvan in 1Petr. 2:5: Vorm een heilige priesterschap om geestelijke offers te brengen die God dankzij Jezus Christus welgevallig zijn. Zo staat het er en vers 9: Maar u bent een uitverkoren geslacht een koninkrijk van  priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft, om de grote daden te verkondigen van Hem die uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijk licht. Allemaal opmerkingen waaruit blijkt dat God ons aan elkaar gegeven heeft als mensen die op basis hiervan eensgezind zijn. Die gave, want het is een gave heeft God zijn kinderen al vanaf het begin gegeven. Aan de gemeente van Hem, vanaf het begin, vanaf de eerste eeuw zeg maar tot de eenentwintigste eeuw. Tot vanmorgen toe. Dat is een gave van God. En die mogen wij nooit verspelen.
Die mogen wij nooit verspelen, dat zegt Petrus ook. We moeten elkaar zegenen, want daartoe zijn wij geroepen, zegt hij, in het gedeelte dat we hebben gelezen. We zijn dus geroepen om elkaar te zegenen. En een goed leven te leiden te midden van deze wereld, zegt hij in hoofdstuk twee. En dan komt hij bij de uitspraak als hij al deze opmerkingen vooraf gemaakt heeft in vers 8 op basis van dat eensgezind zijn, die gave die God ons allemaal heeft gegeven, de uitspraak: Weest allen eensgezind.
Dat zegt Petrus niet alleen. Ik zal even twee, drie uitspraken van zijn college Paulus aanhalen. In Rom 12 zegt Paulus precies hetzelfde: Wees eensgezind, ga niet uit van eigen inzichten. Rom 15: Moge God u de eensgezindheid geven, die Christus van u vraagt. En 1 Cor 1: Ik roep u op eensgezind te zijn, scheuringen te vermijden, in denken en overtuiging volkomen een zijn, zegt Paulus. Dus daar hoor je het weer, het steeds kom je die oproep weer tegen in het Nieuwe Testament: Wees eensgezind, want jullie zijn op de aarde gezet als een uitverkoren geslacht, een uitverkoren priesterschap, om de grote daden van God te verkondigen. Die gave hebben jullie gekregen. Ga daarbij nooit af op eigen inzichten. Luister naar mijn stem. Maar nou is de vraag: Wat is dan eensgezind? Wanneer ben je dan, om in de term te blijven, wanneer ben je nou analoog aan het denken en spreken en aan het handelen in de kerk en niet digitaal.
Wat is eensgezind? Eensgezind betekent eenstemmig. Stel je voor, we zitten allemaal achter hetzelfde muziekstuk, we hebben het muziekstuk voor ons op de standaard staan en er zijn drie cellisten die hebben hetzelfde muziekstuk voor. Dan spelen ze allemaal dezelfde noten. Op dezelfde manier. Ze spelen hetzelfde muziekstuk, ze zijn een van stem. Zo komt het ook de concertzaal in. Dat is eensgezind.
Eén van stem zijn, als gemeente van onze Here Jezus Christus. Dat is dus volgens de Dikke van Dalen en de woordenboeken eensgezind zijn. Eendrachtig is een oudere term maar betekent hetzelfde. Je denkt overeenkomstig. Over de zaken denk je hetzelfde. Je bent een van hart en een van ziel en een van verstand. Dat zeggen dus Petrus en Paulus. Die heb ik al genoemd.
Van harte mee eens. Met een mooi voorbeeld dat de bedoeling duidelijk maakt. Daar gaat het inderdaad precies om in onze kerken. We breiden het voorbeeld een tikkeltje uit om duidelijk te maken wat we bedoelen.
Er is een cellist bij die wat veranderingen heeft aangebracht in zijn kopie van het muziekstuk. Hier een ander accentje, daar een kortere notenwaarde, en nog een extra trillertje. Voor de aandachtige luisteraar is er iets mis. Het klinkt niet meer helemaal goed. 't Is allemaal wel heel professioneel gespeeld maar toch is er iets wat niet meer muziekschriftuurlijk klinkt. Een goede dirigent merkt dit en laat dat niet passeren. Dat kan een hoop discussie geven weten we uit ervaring. Maar het is aanpassen of wegwezen. De muzikale eensgezindheid moet er weer komen. Door gehoorzaamheid aan het muziekschrift van de Meester.
Dat is een 'analoog voorbeeld' van die situatie in onze kerken.


Nou is het voor ons heel belangrijk om te weten wat heeft onze Here Jezus daar zelf over gezegd. Daarvoor moeten we wezen in Joh 17. Daar bidt Jezus het hogepriesterlijke gebed tot zijn Vader. Dan ga ik even naar Joh 17 als u mij wil volgen. Ik ga daar stukjes uit nemen. Lucas 17: in dit gebed wil ik met elkaar aantonen dat Jezus het ook over het analoge heeft. Over dat eensgezind zijn. Hij geeft in dit gebed een voorbeeld voor alle christenen van alle eeuwen en van alle tijden en dan wil ik die er graag even uithalen. Een paar zinnen.
En dan begin ik met vers 11b, vooraan: Ik ben al niet meer in de wereld, zegt Hij dan, ik ga naar u toe, zij blijven wel in de wereld, Heilige Vader, bewaar hen door uw Naam, de Naam die U ook aan Mij gegeven hebt. Dat zij een zijn zoals wij een zijn. Hier heb je het eerste. God de Vader, onze Here God, de Schepper van hemel en aarde en zijn Zoon, de heiligmakende Zaligmaker, die zijn een. Dit element komt wel vaker voor in dit gebed. Vader en Zoon, U, Vader en Ik, Wij zijn een. U bent God de Vader en Ik ben de Zoon, We zijn en blijven een. Dat zijn eerste twee dingen die van belang zijn, die God, die de Here Jezus ons leert. Het eerste is God, geloven wij in God als Schepper van hemel en aarde, kort op formule[13] gezegd. Geloven wij in de Here Jezus die Zich hier presenteert als de Messias en als de Verlosser en de Zaligmaker en de  Heiligmaker. Dat zijn twee basiselementen waar we niet omheen kunnen. Dat is het eerste, dat zijn de eerste twee. Dat is God en Jezus. Maar er is meer. Dan ga ik met u naar vers 17. Daar vraagt Hij zijn Vader: Heilig hen dan door de waarheid, uw Woord is de waarheid. Ik zend hen naar de wereld zoals U Mij naar de wereld hebt gezonden. Ik heb Mij geheiligd om Hem. Zo zullen zij ook door de waarheid geheiligd zijn. Ik heilig hen in de waarheid. Wat is als Jezus je heiligt in de waarheid? Dat betekent dat Jezus met zijn Geest ons zal overtuigen dat het evangelie dat Hij gesproken heeft waar is. Over God en over Hemzelf. En dat doet Hij met zijn Geest. Dat is het derde element: God Geest. Daarin zijn wij eensgezind, dat voorbeeld geeft Hij ons.
Maar in dezelfde verzen die ik gelezen heb, staat er ook: Heilig hen in uw waarheid, uw Woord is de waarheid. Daar heb je het vierde. Gods Woord dat ik hier voor mij heb liggen en waar u uit leest dat is de onfeilbare waarheid van God. Dan heb je al vier elementen waarin Jezus ons voorgaat in eensgezind denken en handelen. Hierover moeten wij het zeker eens zijn met elkaar. God, wie God is, wie de Here Jezus is, wat zijn Geest doet en wat onze visie is op de Bijbel.
Inderdaad, de grote punten waar het nu om gaat. Laten we het maar even iets uit te breiden met concrete voorbeelden.
Wie is God, de almachtige Schepper van hemel en aarde. Denk aan wat, ook vrijgemaakte theologen tegenwoordig over de schepping schrijven.
[14]
Wie is de Here Jezus? Wie is het Woord? Waar is zijn kerk?[15]
Wat doet de Geest? Spreekt hij tot ons met hoorbare stem? Zijn er buitenbijbelse bronnen waarmee ik (ook) mijn leven kan inrichten?[16]
Wat is onze visie op de Schrift? Moet ik achter de tekst gaan zoeken naar verborgen betekenissen? Kunnen we het begin van Genesis misschien symbolisch verstaan?[17]
Fundamentele punten waarom het gaat in onze kerken in deze tijd.
En waarop één in waarheid focusseert en voorlichting geeft.
 
De waarheid. Een in de waarheid? Zeker, een in de waarheid. Jezus zegt het ons. Nou dat gebed, dat is een gebed waarin Christus ons leert analoog te denken. Niet digitaal. Dat zijn de elementen die er heel erg toe doen. Dat komt ook nog eens terug in vers 20 en 21. Daar bidt Jezus: Ik bid niet alleen voor hen die door de verkondiging in Mij geloven. Laat hen allen een zijn Vader zoals U in Mij bent en Ik en U. Laat hen ook zo in Ons zijn opdat de wereld gelove dat U mij hebt gezonden. Daar hebt je het weer hè. Laten wij zo een zijn als Jezus en God de Vader een zijn. Vader en Zoon zijn een. Laten wij op die basis ook een zijn. God zal dat verzorgen en de Here Jezus zal daar voor zorgen met zijn Geest, hier staat het weer. God, Jezus, Heilige Geest, Drieeenheid, Gods onfeilbare Woord. Die vier staan hier sowieso. En dan hebben we ook nog de sacramenten die Jezus heeft ingesteld: Avondmaal en Doop. In art 29 lezen we ook nog over de tucht als kenmerk van de kerk van Jezus Christus.
Op die basis mogen we elkaar aanspreken. Nou, kijkt u nou terug naar onze kerken. Zijn wij op die manier kerk? Geloven wij in God, in de Here Jezus zoals Hij zich geopenbaard heeft, geloven wij in de Heilige Geest, geloven wij in de Bijbel als het onfeilbare Woord van God? Zien wij dat? Is dat de basis nog steeds van ons kerk-zijn? Ik zeg: ja. Ik zit nog steeds in de echte kerk van de Here Jezus Christus.
Ja, daarop spreken wij predikanten en theologen in onze kerken aan. Want wij zijn niet meer zo overtuigd dat het in de basis wel goed zit in onze kerken.[18] Op tal van punten. Een echte kerk van Christus gehoorzaamt zijn Woord ook al betekent dat dwars tegen de tijdgeest in gaan. Dat missen we hoe langer hoe meer in onze kerken, in leer en leven.

In de tijd van de NGB werd het woord ware kerk gebruikt. Is ook begrijpelijk in die tijd ontstond de NGB tegen het grote massieve blok van de rooms-katholiek kerk. Die werd bestempeld als valse kerk. Toen. Was vals tegenover waar. Die tijden zijn wel veranderd. Er zijn nu veel meer ware kerken, echte kerken van de Here Jezus. We herkennen elkaar ook, erkennen elkaar ook. In ons land alleen al. Er zijn meer gehoorzame kerken. Daar hebben wij ook contacten mee. En niet alleen in Nederland ook daarbuiten. We erkennen en herkennen elkaar. Schitterend.
Hier is tenminste een predikant die onverbloemd de zaak bij de naam noemt waar anderen het heel voorzichtig duiden: je kunt eigenlijk niet meer het kenmerk 'ware kerk' gebruik voor jouw kerkgemeenschap of je moet tegelijk met een breed 'oecumenisch' gebaar op vele andere kerken hetzelfde etiket plakken. Stel je voor dat je jouw kerk de ware kerk zou durven noemen. Dat is toch van de tijd toen we nog starre vrijgemaakten waren??
De predikant gaf ook in het gesprek toe, dat we n.a.v. deze preek met hem hadden, dat hij de belijdenis gewoon gedateerd vindt op dit punt. Daar kunnen we niet meer mee uit de voeten in deze tijd volgens hem.
Zo worden de jongeren van Drachten-Z/W en andere plaatsen bevrijd van hun schuldgevoel (als ze dat al hebben) als ze af en toe met vrienden naar de Vrije Baptisten gaan? En wordt langzamerhand het kerkbesef gevormd door onze geloofsbelijdenis, uitgehold door selectief geknip. Het (on)aardige is dat op onze vraag aan de predikant of de Hersteld Gereformeerden dan ook een ware kerk vormen een terughoudend antwoord kwam. Nee, dat zou hij niet zo zeggen of dat wel een kerk was, daar was hij niet uit. Daar moest meer over na worden gedacht?


Dus die eensgezindheid is er. U bent allemaal lid van een echte kerk van Jezus Christus, daar ben ik heilig van overtuigd. Nog steeds. En we zijn met elkaar nog steeds bezig op de analoge heilsweg ook al veranderd er veel. Maar deze dingen staan nog steeds vast in onze kerken. En wij moeten niet willen om altijd maar te willen suggereren in de sfeer van dat we geen kerk van Jezus Christus meer zouden zijn. Laten we daar mee ophouden.
Nee dus, zie boven.

Maar laten wij spreken en denken waarin wij analoog zijn. En als er meningsverschillen zijn laten wij dan altijd op basis hiervan elkaar spreken, elkaar bemoedigen en corrigeren. Altijd. Dat is onze opdracht.
Daar houden wij hem aan. We zien met belangstelling uit naar de eerste inhoudelijke bijdrage van ds. Boersma.

Ik ben er heilig van overtuigd dat wij nog steeds lid zijn van een echte kerk van Jezus Christus. Zeg gewoon maar eens een keer: ware kerk van Jezus Christus om het in een term van de NGB te zeggen. Daar ben ik nog heilig van overtuigd. Maar blijf altijd positief-kritisch altijd je eigen kerk, je eigen mensen volgen. Sus elkaar niet in slaap, maar houd elkaar geestelijk wakker.
Het gaat langzamerhand kriebelen. Eerst schiet de predikant ons af. En nu ineens mogen we weer op het toneel verschijnen. We missen hier even de logica waaraan toch ook een gereformeerde preek moet voldoen.

Maar vooral op basis van die elementen die Jezus ons zelf geleerd heeft. Ik kan er niet omheen: dit zijn voor mij de basis elementen die Jezus heeft neergezet. Zo blijven we analoog, eensgezind denken. En we zijn nog een kerk waarin deze dingen hardop gezegd worden en beleefd worden. Laten we daar blij mee zijn. En de verschillen die er zijn zijn die verschillen over inhoud? Over deze zaken?
Het is deze predikant kwalijk te nemen dat hij hier maar wat suggestief roept. Laat hij toch eens wat lezen, op z'n minst kennisnemen van wat er speelt in de kerken. Dan kun je het misschien niet eens zijn met de kritiek van één in waarheid maar dan weet je in elk geval waar je het over hebt en verkoop je de goegemeente geen knollen voor citroenen. Want sommigen geloven maar al te graag dat één in waarheid slecht is. Ds. Boersma zei het immers op de preekstoel, en hij had het weer uit De Reformatie.
Nou dan!


Als dat niet zo is dan hebben we onze handen te vouwen en ons te verootmoedigen voor God en in eensgezindheid met verscheidenheid op onderdelen verder te trekken op weg naar de bruiloft van het Lam. Dat is onze roeping. Dat zegt Petrus ook. Het is onze roeping eensgezind te zijn op basis hiervan en dan elkaar op te scherpen en te zegenen. En dan ga ik nog eens een gedeelte lezen. Wat we net gelezen hebben uit 1Petr 3. Als we dat met elkaar erkennen dan zijn we eensgezind. We zijn nog steeds een eensgezinde kerk. En dan mogen wij, en dan kan het ook niet anders, dan kunnen wij op basis daarvan met elkaar meeleven. Uit liefde elkaar bemoedigen maar ook uit liefde elkaar corrigeren. Dan kunnen we elkaar liefhebben als broeders en zusters. En dan kunnen we barmhartig zijn op de digitale snelweg maar ook op de analoge heilsweg. Het kan, die gave heeft God ons gegeven. En dan zijn we ook bereid om de minste te willen zijn. En dan vergelden we geen kwaad met kwaad. Maar als we zo met elkaar spreken dan kunnen we ook als we denken dat we worden uitgescholden en niet wordt begrepen altijd zeggen wat verbindt ons. Maar dan niet verketteren. We hebben elkaar niet te verketteren op de analoge heilsweg en ook niet op de digitale snelweg. We hebben elkaar te zegenen zegt Petrus. Daartoe zijn wij geroepen. Wij zijn niet geroepen om elkaar de oren te wassen maar om de voeten te wassen. Elkaar te zegenen. Petrus zegt het en we zeggen het ook Jezus na. Laten we dat doen. Voor het aangezicht van onze Here Jezus. Waarom zullen we dat ter harte moeten nemen? 't Is niet zomeer een uitnodiging maar een appel van Petrus, een vermaning is het eigenlijk, een gebiedende wijs. Wees eensgezind. Wees eensgezind en zegen elkaar ook in alle omstandigheden. Met woorden, daden en gedachten. Waarom zouden we dat doen? Eensgezind zijn? Analoog te denken en niet digitaal. Omdat Jezus ons heeft besprenkeld als gemeente van de Here Jezus Christus met zijn bloed. En Hij heeft ons ook de gave van de Geest gegeven. Wij zijn ook rijk gezegend met Gods Heilige Geest. Daarom weest allen eensgezind. Wees allen in denken en doen analoog, niet digitaal.
Het zijn allemaal zulke vrome ware woorden. Maar het is tegelijk, het spijt ons het te moeten zeggen, non-profetische woordenkramerij die rapport met de actuele tijd mist. Zo kun je alle ongerechtigheden in de kerk wegpreken. Met een sausje van quasi-deskundige analoge-digitale kretologie over de heilsweg bedekken. Praat maar over liefde, vrede en eensgezindheid en we kunnen weer fijn wegzakken in onze kerkbank onder het genot van een volgende candy.
Het is zo aantrekkelijk eenvoudig, het vraagt geen echte kennis van de moeiten en verontrusting, geen inspanning. Heerlijk toch?
Die digitale één in waarheid website?
Niet
analoog.
Bah!


Amen.


Naschrift
We hebben gelijk na de dienst ds. Boersma gevraagd om een gesprek over deze preek. Want het zat ons aardig hoog zoals mag blijken uit bovenstaand commentaar. Dat gesprek heeft eindelijk afgelopen week plaatsgehad. Daarin hebben we uitvoerig onze moeite met de preek naar voren kunnen brengen. Dat mensen op een suggestieve manier kopschuw worden gemaakt voor ons werk.
Maar hij deelt onze bezwaren niet. Integendeel, hij staat nog vierkant achter zijn preek en is niet van plan om daar iets aan bij te stellen of daar een verduidelijking op te geven.
Hij ziet ons alleen maar bezig met wat hij noemt "een loopgravenoorlog" . Er wordt wel geschoten maar niet gepraat.
We hebben ons gedistanciëerd van deze term. Als er al zo over de situatie mag worden gesproken is nog de vergelijking vals. Het moet immers nog steeds vrijwel helemaal alleen van onze kant komen. De 'andere kant' antwoordt niet? Kortom, het broederlijk gesprek mist zoals we al diverse malen hebben aangegeven.
Hier moet aan toe worden gevoegd, dat ds. Boersma dat óók niet goed vindt, en hem verbaast. Dat heeft hij in zijn preek aangegeven. Hetgeen we waarderen. Maar dat maakt de preek als geheel niet (meer) tot een goede preek.
Wij hebben er in elk geval niet een verantwoorde bediening van Gods Woord in kunnen horen.
Wie eigenlijk wel?






[1] In Amsterdam b.v.

[2] Deze preek is inmiddels op minstens drie plaatsen gehouden.

[3] Zgn. strontvlieg. Terzijde, opmerkelijk dat dit beestje zo'n fraai-klinkende latijnse naam heeft gekregen.

[4] Het eigen gelijk van Wesseling, 7 juli 2006. Voor wie geïnteresseerd is in meer weerlegging  van wat deze predikant meende over onze website te moeten oordelen, kan de zoekfunctie gebruiken en als zoekterm 'wesseling' gebruiken.

[5] We laten hier maar even in het midden dat door de digitale presentatie van informatie wel nieuwe functionaliteit mogelijk is geworden. Denk b.v. aan allerlei zoekfuncties.

[6] Ef. 4:5.

[7] 1Petr: 1:22

[8] In een gesprek hierover gaf hij aan het niet erg gevonden te hebben als het was gebeurd. We zullen erover nadenken?

[9] Fil. 1: 15-18.

[10] Kun je dat zo zeggen: volk naast Israël? Er is toch één volk van God? Waarin begrepen zijn de Jood en de Griek. Wij zijn toch ingeënt als wilde olijftakken in de edele olijf zodat we één nieuw-testamentische kerk zijn?

[11] Het is opvallend hoe vaak de predikant hier het (modieuze) woord 'aanraken' gebruikt. Dat treffen steeds meer aan in onze kerkgemeenschap. Maar is het wel juist dat te betrekken op de Heilige Geest? Hij raakt ons toch niet aan maar woont in ons! Dat is veel rijker. We mogen delen in de overvloed van Pinksteren zoals Joël daarvan profiteren.

[12] Ingewijd? De catechismus spreekt van "inlijven" en "onderscheiden" . Dat is toch wat anders? Heeft hier de gestage druppel van Liedboek lied 335: "?en laat de mond der kindren, die we U wijden?" ,de tekst van catechismus zondag 27uitgehold?

[13] Aardig dat "op formule gebracht" . Je komt dat meer en meer tegen in theologenverhalen. Meestal hebben we het in de beta-vakken over formules maar ook hier hebben theologen leentjebuur gespeeld.

[14] Vergelijk b.v. het boekje Genesis van prof. dr. J. Douma, pag. 40-48. Helaas heeft ds. Boersma hiervan geen kennisgenomen, vertelde hij mij.

[15] Lees b.v. wat ds. W. van der Schee en dr. E.A. de Boer in het kader van Open Avondmaal schrijven in een Nota aan de classis Utrecht. (rubriek Uit de Kerken, H.A. laster!...? (2)) Linken!

[16] Zie b.v. het boek van ds. Ph. Troost, Christus ontvangen, hoofdstuk 10.

[17] Zie b.v. Woord op schrift, ds. J.J.T. Doedens over Genesis 1. En in dezelfde publicatie drs. A.L.Th. de Bruijne.

[18] Daarin bevinden we ons trouwens in goed gezelschap. Ook prof. dr. M. te Velde, hoogleraar Kerkgeschiedenis aan onze universiteit in Kampen is zijn geloof in de vrijgemaakte kerken als ware kerk kwijtgeraakt, zo zei hij in Ten Boer j.l. 16 januari. Overigens had hij dat al eerder aangegeven. We hopen daarop terug te komen.