Ethiek

Rond de Schrift

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Verzoening door voldoening

 

N. van Dijk

07-03-15

 

Binnen de GKv worden de laatste tijd meerdere vragen gesteld bij het verzoenend karakter van Jezus’ lijden en sterven. Zo was in het Nederlands Dagblad een artikel te lezen n.a.v. het boek ‘Centrum-kerk’ van Tim Keller (ND. 7maart 2014). Tim Keller stelt in zijn nieuwe boek dat je bij postmoderne mensen prima kunt aankomen met de boodschap van zonde en verlossing. Stefan Paas (hoogleraar aan de TUK) reageert hierop met dat je

 

“twee dingen goed moet onderscheiden: het evangelie en de versie die Keller geeft. Die is niet on-Bijbels maar wel selectief. Hij schetst in zijn boek vooral een lijn van verzoening door voldoening, door het werk van Christus. Dat noemt hij hét evangelie. Maar het evangelie is Christus, en niet een bepaalde theorie over verzoening. Er zijn diverse Bijbels verantwoorde manieren om het evangelie te verwoorden. De vraag is of Kellers versie van het evangelie de enige is die je op het missionaire werkveld kunt gebruiken”.

 

Onlangs verscheen onder redactie van Hans Burger en Reinier Sonneveld de bundel ‘CRUCIAAL, De verrassende betekenis van Jezus’ kruisiging’. Belangrijkste aanleiding voor dit boek is volgens de redactie

 

"dat in de spiritualiteit van veel westerse christenen een enkel ‘verzoeningsmodel’ dominant is geworden, terwijl er meer over verzoening te zeggen is. Het bewuste model wordt wel ‘verzoening door voldoening’ genoemd. Als je vraagt naar de vormgevers vallen altijd weer de namen van de briljante denker Anselmus van Canterbury en de reformator Johannes Calvijn. Het wordt beleden door gereformeerden, puriteinen en hedendaagse evangelicalen. Veel betrokken christenen kennen alleen deze uitleg. Je krijgt een indruk van de gedachtegang door bv. de Heidelbergse Catechismus (vraag en antwoord 15 en 16)".

 

Met de uitgave van ‘Cruciaal’ willen de schrijvers er aandacht voor vragen dat

 

“het spreken van Bijbel en theologie rijker is dan het model dat gangbaar is geworden ‘verzoening door voldoening’. De auteurs die meewerken aan de bundel verschillen van elkaar in hun waardering van ‘verzoening door voldoening’."

 

In de bijdrage van Hans Burger (onderzoeker aan de TU Kampen) Voorbij de offerkritiek schrijft hij dat de Bijbel zelf spreekt over Jezus’ dood als een offer.

 

"Het is belangrijk dat te onderscheiden van dogmatische verwoordingen als: ‘Jezus brengt een offer door plaatsvervangend onze straf te dragen als betaling van onze schuld. Zo geeft hij de geëiste genoegdoening aan God en verwerft hij ons heil’. Deze gedachtegang vind je in het NT namelijk zo niet terug.

Hoe is deze insteek dan toch zo toonaangevend geworden? Deze manier is ontstaan in de middeleeuwen, toen het beeld van het offer verbonden raakte met het sacrament van boete en verzoening dat juridisch van aard is: het gaat dan om individuele schuld, Gods veroordeling daarover, over genoegdoening die geëist wordt, over boetedoening door goede werken. Tegen de achtergrond van die middeleeuwse worsteling met het boetesacrament hebben theologen de bevrijdende boodschap van het evangelie verwoord. Calvijn ziet het lijden van Jezus aan Gods straf als betaling van onze schuld en als het kopen van de verlossing. Deze uitwerking wordt begrijpelijk tegen die middeleeuwse achtergrond. Maar besef dat dit een latere theologie-historische ontwikkeling is. Als je dit gaat zien, komen er nog meer kritische vragen op. Doet ons West-Europese, eeuwenlange denken over offers wel recht aan wat de Bijbel bedoelt met Jezus’ dood? Of leveren we ons uit aan een middeleeuwse constructie die bij het boetesacrament hoort? En komt het offer dan niet los te staan van Jezus’ prediking van het koninkrijk, van zijn opstanding en hemelvaart, van de geschiedenis van Israël? En is dat niet mede de oorzaak van een versmalling, slechts gericht op de vergeving van individuele schuld? En is het offer wel iets van Jezus alleen, of is het niet zo exclusief aan hem gebonden?" (blz. 54).

 

In de bundel Cruciaal, waar ook het gedachtegoed van Tom Wright weer terug te vinden is, gaat het om meer dan accentverschillen. Als gereformeerden hebben we veel van Calvijn geleerd. In de mooie bundel van Aryan Hendriks Geleerd door de Geest schrijft deze o.m. over de visie van Calvijn op de prediking (Wat is preken?). De prediker komt met een gezagvolle boodschap, als door Hem gezonden. De diepe ernst van wat de dominee op de preekstoel te doen heeft, horen we

 

"als de Heidelberger in zondag 31 over de sleutels van het koninkrijk der hemelen handelt. De eerste sleutel is namelijk ‘de verkondiging van het heilig evangelie’. Oefende de priester van Rome in de biechtstoel de sleutelmacht uit, de Reformatie legde de sleutel op de preekstoel. Daar wordt het koninkrijk geopend voor wie gelooft en toegesloten voor wie de Here Jezus niet lief heeft. De verzoening wordt ‘bediend’: aan de gelovigen wordt verkondigd en openlijk verklaard dat er voor hen vergeving is in het bloed van Christus.".

 

Tijdens de cursus ‘meer over kroongetuigen’ (Bijbelstudies van prof. J. van Bruggen, www.meeroverkroongetuigen.nl) merkt een cursist op dat de Heiland in Zijn onderwijs niet of nauwelijks spreekt over zijn verzoenend lijden en sterven. Dat Zijn sterven verzoening is, betaling voor onze schuld mist hij eigenlijk, terwijl dat toch de kern is. Dat er sprake is van een ‘Paulinische verzoeningsleer’ gelooft hij niet gezien de woorden van de Heiland zelf bij de instelling van het Heilig Avondmaal in Mat 26: 28.

In zijn antwoord wijst prof. Van Bruggen op het heilshistorisch perspectief. Alleen wanneer we dat in rekening brengen, zien we zowel de geboortegeschiedenis als de prediking over de verzoening in het goede perspectief.

 

"In de evangeliën lezen we vooral veel over het publieke optreden en leren van de Heiland. Daarin heeft het ‘moeten lijden’ niet of nauwelijks een plaats. Dat werd vooral uitgewerkt in het onderwijs aan de leerlingen (Mt. 16, 21-23): de scharen kwamen al niet toe aan de vernedering van Jezus (waaraan ze zich ergerden), laat staan dat ze toekwamen aan het ‘moeten’ lijden. Zelfs bij de leerlingen was er verzet en onbegrip tegen het verzoeningsonderwijs. Dit onderwijs leidde echter wel tot het avondmaal waar de verzoeningsgedachte door Jezus heel duidelijk wordt uitgesproken en bevestigd. Aan dat besloten onderwijs over de verzoening vanuit de Schriften herinnert de Heiland na zijn opstanding (Luc. 24, 44-49). Wij krijgen dat besloten onderwijs van Jezus nu vooral te horen wanneer de apostelen aan het woord komen (Handelingen en de brieven). Veel beroep op de Schriften door die apostelen gaat terug op het onderwijs in de wet en de profeten dat Jezus hen al op aarde had gegeven. Zo komt het dat de ‘verzoeningsleer’ pas na de hemelvaart onbelemmerd naar voren komt. Maar het is wel de verzoeningsleer van de Heiland zelf, onderwezen aan eerst nog onwillige leerlingen en later door de Heilige Geest via diezelfde leerlingen overal gepredikt. De stromen van levend water bleven tijdens Jezus’ vernedering nog grotendeels ondergronds, maar ze kwamen aan de oppervlakte toen de Geest was gekomen over de apostelen (lees Johannes 7, 37-39)."

 

Tot slot uit de bundel ‘Geloof je dat nog?’ van Nel Benschop (gedichten over de woorden van de Apostolische Geloofsbelijdenis):

 

……Vergeving der zonden…...

 

God maakt rechtvaardig; wie zal mij verdoemen?

Hij wil mij, schuldige, schuldeloos noemen;

Hij weert verdrukking, benauwdheid van mij,

niets zal mij schaden, want God spreekt mij vrij!

 

Ik ben verzekerd, dat engelen, machten,

heden of toekomst, of wat mij mag wachten

mij niet bedreigen: God staat aan mijn zij,

ziet al mijn zonden, maar Hij spreekt mij vrij!

 

Wie zal er ooit van Zijn liefde mij scheiden?

Honger of naaktheid, vervolging of lijden?

Zelfs in de dood blijft Zijn liefde nabij

Eindeloos wonder: mijn God spreekt mij vrij!