Ethiek

Ethiek

Nieuwe artikelen
Signalen



Aanmelden GRATIS nieuwsbrief

Naam:
E-mail:



printen

mailen

Staat en kerk contra de Bijbel

 

F. Hoogland

03-10-20

 

Dat is het opschrift boven een artikel in de Saambinder, het kerkelijk weekblad in de Gereformeerde Gemeenten. Het staat in het nummer van 23 juli jl. en is van de hand van dr. C.S.L. Janse (oud-hoofdredacteur van het RD). Het leek ons goed dat onze lezers

er kennis van kunnen nemen. Want de geschetste ontwikkelingen hebben diepgaande gevolgen voor onze samenleving.

 


 

Staat en kerk contra de Bijbel

 

Dr. C.S.L. Janse

 

Allerlei ontwikkelingen die zich in ons land voordoen, kom je ook elders tegen. En het omgekeerde is evenzeer het geval. Dat geldt zeker voor West-Europa. Soms loopt het ene land wat voorop en dan weer het andere.

 

Nederland was het eerste land dat het homohuwelijk invoerde, maar inmiddels vind je dat helaas in tal van landen. Personen en instellingen die zich daartegen verzetten, komen steeds meer onder druk te staan. Ook door velen die zich christen noemen, worden homoseksuele relaties als normaal gezien. Als iets waarin men de ander vrij moet laten.

In Duitsland kreeg de Bremer predikant Olaf Latzel daar pijnlijk mee te maken. Zijn duidelijke afwijzing van homoseksuele relaties bracht hem in botsing met zowel de staat als de kerk. Het Openbaar Ministerie klaagde hem aan wegens het aanzetten tot haat en verstoring van de openbare vrede. Zijn op de Bijbel gebaseerde standpunten zouden een aanval betekenen op de menselijke waardigheid. Maar dat niet alleen. De Lutherse kerk van Bremen begon een tuchtprocedure tegen hem. Dat maakt wel pijnlijk duidelijk hoever deze kerk inmiddels is afgegleden van de waarheid van Gods Woord.

 

Verderfelijk

Maar ook in Nederland wordt het steeds moeilijker om daar voor uit te komen. Zo vindt minister Slob (ChristenUnie) dat scholen niet mogen uitdragen dat homoseksualiteit verderfelijk is. Dat standpunt ‘verdraagt zich niet met het beginsel van de gelijkwaardigheid van mensen.’ In feite betekent dat dat bepaalde Bijbelgedeelten op reformatorische scholen niet meer moeten worden gelezen en besproken. Denk maar aan Leviticus 18, Romeinen 1 of 1 Korinthe 6. Anders zou je problemen kunnen krijgen. Tenzij je er bij vertelt dat wij het inmiddels beter weten dan Mozes of Paulus. Maar dat betekent dat we het beter menen te weten dan Gods Geest Die hen daartoe inspireerde!

Als zo’n standpunt zou worden uitgedragen door een minister van de VVD of D66 zouden we ons daar niet over verbazen. Van hen kun je dat verwachten. Al is het ook dan erg dat in Nederland de ruimte wordt ingeperkt om de Bijbel na te spreken.

 

Verschuiving

Het CDA stemde destijds in meerderheid tégen het homohuwelijk, maar inmiddels moet je daar niet veel meer van verwachten. Helaas ook in de kring van de ChristenUnie is ten aanzien van homoseksualiteit en andere, in principieel opzicht belangrijke zaken, de afgelopen jaren veel verschoven. Dat geldt zeker in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt waartoe minister Slob behoort. Niet voor niets heeft prof. dr. J. Douma, die in het verleden op deze punten Bijbelse lijnen wist te trekken, zich inmiddels aan dit kerkverband onttrokken.

Verkeerde ontwikkelingen in de kerk hebben onmiskenbaar consequenties voor allerlei christelijke organisaties waarbij de leden van die kerk betrokken zijn. Maar het omgekeerde is eveneens waar. Verschuivingen in die organisaties werken ook door in het kerkelijk leven.

De ChristenUnie is begonnen als een partij die in haar statuten verwees naar de gereformeerde belijdenis. Inmiddels is daar geen sprake meer van en kunnen ook  rooms-katholieken lid worden. Dat is geen geringe verschuiving.

 

Kabinetsbeleid

Nu is het best mogelijk dat minister Slob ook niet helemaal gelukkig is met de strakkere regels voor het vak burgerschapsvorming die hij nu ontworpen heeft. Regels die het moeilijk maken voor christelijke scholen om zich naar Bijbelse normen te richten. De vrijheid van onderwijs staat vanouds bij zijn partij hoog aangeschreven. Maar volgens vrijwel alle partijen behoort de aanvaarding van homoseksuele relaties inmiddels tot de basiswaarden van onze rechtsstaat. Dat standpunt is ook richtinggevend voor het kabinetsbeleid. Minister Slob en zijn partij gaan daarin mee. Moeten daarin mee. Bij de kabinetsformatie hebben ze daar geen breekpunt van gemaakt. Van willen maken, van durven maken.

Ongetwijfeld is het zo dat bij een minister van de VVD of D66 de reformatorische scholen nog veel minder op consideratie zouden kunnen rekenen. Wat dat betreft is een onderwijsminister van de ChristenUnie zeker nog een voordeel.

Maar in de huidige constellatie moet je als minister van Onderwijs wel standpunten uitdragen waarvan je kunt weten, al was het alleen al krachtens je gereformeerde opvoeding, dat die botsen met Gods geboden. Standpunten waarbij het kwade goed genoemd wordt en het goede kwaad (Jes. 5:20). Dat kan en mag natuurlijk nooit.

Voor de reformatorische scholen biedt dit alles een benauwend perspectief. Welke ruimte blijft er om in het onderwijs Gods geboden als uitgangspunt te nemen, als de heersende opvattingen in de huidige tijd heel anders zijn? Maar evenzeer moet er de zorg zijn, hoe lang onze scholen zèlf weerstand weten te bieden aan allerlei moderne standpunten, wanneer die ook in onze gezindte langzamerhand en onderhuids ingang dreigen te vinden. Laten we toch waken en bidden.