Printen

Amerika vermaant de GKv

 

Redactie een in waarheid

07-09-13

Na de Australische en Canadese kerken heeft opnieuw een grote groep buitenlandse kerken een ernstig vermaan gericht aan de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKv). Nu stuurde de synode van de Reformed Churches of the United States (RCUS) te Manitowoc (WI) de synode van de GKv een brief die we hieronder vertaald samen met de gerelateerde Acta weergeven.

Voor de originele Engelstalige versies van de documenten click hier. De informatie kan worden gevonden onder '2013 Synod Abstract' (pag. 48 e.v.).


 

Acta RCUS    2013- Betrekkingen met Buitenlandse Kerken

 

De Gereformeerde Kerken in Nederland (vrijgemaakt) - (GKv)

(blz. 48)

 

De 265ste Synode van de RCUS heeft in het rapport van haar Standing Ecumenicity Committee (2011, Acta blz. 100) uw comité opgedragen voor twee zaken zorg te dragen.

Ten eerste om onze zorgen aan de BBK van de GKv kenbaar te maken.

In de tweede plaats om een brief op te stellen die na goedkeuring van de volgende Synode aan de GKv moet worden verzonden.

Aan de eerste opdracht werd voldaan, aan de tweede niet. De reden voor de vertraging was dat, hoewel de GKv-synode nog steeds bijeenkwam, zij geen nieuwe stukken meer in ontvangst nam. Uw Comité heeft er daarom voor gekozen verdere ontwikkelingen af te wachten en de gevraagde brief op te stellen om door de Synode van de RCUS te worden goedgekeurd en om die vervolgens aan de Synode van de GKv te zenden, tijdig voor haar bijeenkomen in 2014.

 

Een subcomité van de IRC heeft de ontwikkelingen in de GKv gevolgd in overeenstemming met de volgende richtlijn van de Synode 2012 van de RCUS:

 

Dat het Permanente Comité voor Interkerkelijke Betrekkingen doorgaat met het volgen van ontwikkelingen in de GKv (Gereformeerde Kerken in Nederland) en aan de 267ste Synode van de RCUS rapport uitbrengt met daarin duidelijke aanbevelingen. (Acta blz. 81 Ecumenical Committee #6)

 

en rapporteert het volgende:

 

De GKv heeft geen enkel besluit genomen inzake de rapporten die aan de Synode 2011 (voortgezet tot juni 2012) waren aangeboden. Zij benoemden nieuwe deputaten met een aantal duidelijke richtlijnen voor het comité M/V (man/vrouw in de kerk). Formeel is er niets veranderd, alhoewel wij in de stukken en in de rapporten dingen zien geschreven die verontrusten.

 

In het licht hiervan is uw Comité op dit moment niet in staat om in te gaan op bepaalde stappen die de Nederlandse Synode heeft ondernomen. Dat verlicht onze toenemende zorgen niet, noch betekent het dat wij de ontwikkelingen passief moeten aanzien en afwachten. Wij hebben daarom een ontwerpbrief opgesteld, zoals haar opgedragen in 2011, en leggen die uw Synode ter goedkeuriing voor. Wanneer deze door de Synode is aangenomen, zullen wij die rechtstreeks de Synode van de GKv toezenden. Deze ontwerpbrief is als bijlage #2 aan dit rapport toegevoegd.

 

Aanbeveling #3:

Dat de brief aan de Synode van de GKv - zoals deze is opgesteld door het Comité voor Interkerkelijke Betrekkingen van uw synode - wordt aangenomen.

 

Uw Comité verwacht dat een afgevaardigde van de GKv aanwezig zal zijn op onze Synode in Manitowoc en is van plan voor hem een ontmoeting te regelen met het Comité voor Permanente Interkerkelijke Betrekkingen, evenals met het Standing Committee on Ecumenicity.

Met het oog op ons schrijven is er ook door dit comité akkoord gegaan met een extra ontmoeting eind augustus in Wales tussen onze delegatie naar de ICRC en die van de GKv. Dit is in een voorbereidende fase.

 

Uw comité verwacht dat Ds Maynard Koerner en Ds Vern Pollema de RCUS op de GKv-Synode 2014 zullen vertegenwoordigen.

 

Brief van Synode RCUS aan Synode RCN/GKNv (GKv)

 

Geachte Broeders,

 

Na de rapportages van Ds James Sawtelle en Ds Maynard Koerner, afgevaardigden van de Reformed Church in de United States (RCUS) en bezoekers van de “buitenlandweek” van de Generale Synode Harderwijk van de Gereformeerde Kerken in Nederland (GKv) van 28 maart tot 2 april 2011, heeft de 265ste Synode van de RCUS op 16-19 mei 2011 haar Comité voor Interkerkelijke Betrekkingen (IRC) opgedragen onze zorgen aan de BBK over te brengen. Dit werd op 16 maart 2012 per email gedaan. Daarnaast (ook op    daaropvolgende advies van de BBK) heeft de 265ste Synode van de RCUS haar IRC opgedragen een brief met onze zorgen aan de Synode 2014 van de GKv te sturen. Deze brief werd aangenomen door de 267ste Synode van de RCUS, 20-23 mei te Salem Ebenezer Reformed Church, Manitowoc, WI.

 

Kort samengevat zijn die zorgen:

 

De Schriftvisie aan de Theologische Universiteit te Kampen (TUK)

Het gaat om de verklaring van de Schrift (hermeneutiek) zoals die blijkt uit de geschriften en/of de standpunten van Dr. S. Paas    benoemd als lector aan de TUK , en uit de goedkeuring door de TUK van de dissertatie van Dr. K. van Bekkum. Dr. Paas hangt kritische theorieën aan die geen recht doen aan de Schriften en het goddelijke gezag ervan. Door vast te houden aan zijn benoeming ondanks bezwaren die tegen zijn wetenschappelijk werk zijn ingebracht, plaatst de TUK zichzelf in de positie dat zij hoogstwaarschijnlijk in de toekomst niet langer in staat zal zijn ook maar iemand met schriftkritische standpunten ter verantwoording te roepen.

In zijn dissertatie beweert Dr. Van Bekkum dat hij gelooft dat het methodologisch onjuist is om Bijbelse gegevens zonder meer aan te nemen. Hiermee plaatst hij vraagtekens bij de principes die ons moeten leiden bij het lezen en verklaren van de Schriften. Volgens zijn dissertatie moet de wetenschapper uitmaken wat werkelijk historisch is in de Schrift door het vergelijken van de relevante Bijbelse gegevens met de buiten-Bijbelse gegevens en daarbij aan beide een gelijk gewicht toekennen.

De onderliggende vraag in al het bovenstaande blijkt te zijn hoe de waarheid van Gods Woord op zo’n manier aangepast kan worden dat zij relevant is voor de vragen waar mensen in de huidige zeer seculiere, post-moderne en post-Christelijke cultuur van de 21ste eeuw mee te maken krijgen.

Voor ons geeft het voorgaande blijk van een schriftkritische verschuiving in de hermeneutiek en een verzwakking van de klassiek Gereformeerde Schriftvisie zoals we die aantreffen in de Schrift (vgl. Joh. 17:17; II Tim. 3:16; II Pet. 1:21) en belijden in de Nederlandse Geloofsbelijdenis, artikelen 2-7. Dit voorspelt niet veel goeds voor de toekomstige integriteit van de TUK en de beïnvloeding van de standpunten van haar studenten en toekomstige GKv-predikanten. Dit geeft ook ernstige zorg over de veranderde manier waarop Bijbelse hermeneutiek tegenwoordig binnen de Gkv functioneert.

 

 Het werk van de Deputaten Man/Vrouw in de Kerk

(Waarom de rol van vrouwen in de kerk opnieuw wordt onderzocht en wat het effect is van de rol die de huidige cultuur speelt in de conclusies).

 

Hier vrezen wij eveneens de tolerantie van een nieuwe hermeneutiek. Onze hoop en ons gebed is dat de GKv de historisch beproefd gebleken Gereformeerde interpretatie van de Schrift haar richting zal laten bepalen in plaats van maatschappelijke druk en daaruit voortvloeiende her-interpretaties. En dat de Synode 2014 zal besluiten dat de deur naar een nieuwe hermeneutiek voor wat betreft de rol van vrouwen in de kerk gesloten zal worden en het gezag van het duidelijke en volkomen Woord van God zal worden gehandhaafd.

 

Contacten en samensprekingen die plaats vinden tussen de Gereformeerde Kerken in Nederland (GKv) en de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK)


Het gaat hier om de verschillen in binding aan en het omgaan met voortgaande afwijkingen van de belijdenissen, evenals de zaak van de vrouw in het ambt binnen de NGK en de vraag wie nu wie beïnvloedt. De zorg is dat het proces van dichter naar elkaar toegroeien niet het resultaat is van veranderingen in de NGK, maar van verschuivende attitudes en inzichten in de GKv (hermeneutisch, leerstellig en wat kerkregering betreft). Dit voorspelt eveneens niet veel goeds voor de Gereformeerde en confessionele identiteit van onze zusterkerken.

 

Hoewel wij begrijpen dat de Synode van Harderwijk 2011 niet tot definitieve besluiten aangaande bovengenoemde zorgwekkende zaken is gekomen, zijn toch de rapporten, standpunten en waargenomen ontwikkelingen alarmerend en een waarschuwingssignaal voor ons, omdat wij uit onze eigen voorgeschiedenis weten hoe een eens betrekkelijk grote en trouwe Gereformeerde kerkgemeenschap gedecimeerd en afvallig werd door besmetting met vrijzinnigheid en modernisme. Het kan subtiel in een seminarie beginnen, vaak onder het mom van academische vrijheid, of op synodeniveau, waar inzichten en opvattingen niet worden tegengesproken en gecensureerd, totdat het in de kerken is doorgedruppeld en de schade niet meer kan worden hersteld.

 

Wij vermanen u nederig om zorgvuldig te zijn en om wachters op de muren en bij de poorten van Sion te wezen (vgl. Jes. 62:6-7; Ez. 3:17; 33:7; Ps. 87:2), altijd waakzaam naar de waarschuwing van de apostel Paulus aan de oudsten te Efeze, dat “uit uw eigen midden mannen zullen opstaan, die verkeerde dingen spreken om de discipelen achter zich aan te trekken” (Hand.20:30). Zoals iemand die met wijsheid van Boven was begaafd, ons voorhoudt, “In een veelheid van raadgevers ligt veiligheid” (Spr.11:14; vgl.15:22; 24:6).

 

Met hoogachting verblijven wij, uw broeders in het geloof,

 

de 267ste Synode van de Reformed Church in the United States.

Manitowoc, WI, 20-23 mei 2013.

 

Vertaling: R. Sollie-Sleijster