Printen

Preken die breken - Onrust in Drachten 4

D.J. Bolt
19-12-09

De weg van Christus

Ds. Tempelman weet ook wel dat in de kerk maar niet alles kan. Hij zegt:

"De apostel Paulus is er duidelijk genoeg over dat het zover kan komen dat je moet breken. Als leiders je namelijk willen meenemen op de weg van Christus vandaan. Als het evangelie zelf zonder meer in geding is. Je kunt wel denken aan de grote sola's van de Reformatie: alléén de Schrift, alléén door geloof, alléén uit genade, alléén Christus, alléén God de eer."

Ja, helemaal mee eens. Dáár gaat het om. Maar daar is ook voor nodig dat je nauwkeurig ziet wat er aan de hand is in de kerken. Als je je ogen sluit voor die werkelijkheid dan kun je wel roepen dat het gaat om sterk en zwak maar dan overschreeuw je jezelf en doe je de waarheid geweld aan. Daarmee red je het op de duur ook niet. Dan val je door de mand. Want al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt haar wel, zegt het spreekwoord.

We kennen niemand die graag weg wil lopen. Verontrusten hebben 'hun' kerk lief. Broeders en zusters zien er als een berg tegenop om hun vertrouwde plaats te verlaten. Wat een verdriet brengen kerkelijke scheuringen (ook) met zich mee! Niemand moet dat graag willen of koesteren.
Maar terecht zegt ds. Tempelman hier in zijn preek dat er toch een moment kan komen dat het niet anders kan. Inderdaad, als de leiders kwade herders zijn geworden die je meenemen op een weg van Christus vandaan. De Schrift laat dat ook zien bijvoorbeeld in Jesaja: "De leiders van dit volk waren verleiders en wie zich leiden lieten, werden op een doolweg gebracht"1.
Ook onze kerken zijn niet immuun voor 'doolwegen'. We hebben dat hiervoor aangetoond in een reeks gedocumenteerde voorbeelden die we nog gemakkelijk uit zouden kunnen breiden. Zie maar wat er gepubliceerd is op onze site en gereformeerdblijven.nl.
Als ds. Tempelman blijft steken in een oppervlakkige en onprofetische taxatie van wat er aan de hand is in onze kerken is hij mede verantwoordelijk voor het gaan van een weg van Christus af. Het gaat om het Woord, de sacramenten en de tucht in onze kerken. Dáár ging het ook om in de Reformatie. Niet om sterken en zwakken in geloof, niet om wat we wel of niet zullen eten en drinken, niet om bijvoorbeeld tweede kerst-, paas- en pinksterdagen.
Het gaat zelfs niet om het "aanvaarden" van elkaar waar ds. Tempelman een speerpunt van probeert te slijpen in de preek alsof we onze stokpaardjes berijden.
Nee, het gaat om het eerbiedige aanvaarden van de Schrift zoals onze geloofsbelijdenis daar over spreekt (NGB art. 3-7). Het gaat om aanranding van het Woord. Want daarmee raak je Hem!
Dan kan er ook een moment komen dat je afscheid moet nemen.
Die dreiging en consequentie ziet ds. Tempelman ook wel. Ergens in zijn preek zegt hij:

"Betekent dat dan dat we ieder zijn mening maar moeten laten in de kerk? Zijn die verschillen nu helemaal niet belangrijk? En hoeven we dan helemaal niet bang te zijn dat bepaalde standpunten toch op de duur de kerk van binnenuit gaan uithollen? En mag ieder in de kerk dan zijn eigen mening er maar op na houden? En kunnen we dan wel ooit een keer tegen elkaar zeggen: dit, dit kan écht niet, zo wil de Here het niet!? Gemeente, dat zou niet best zijn als dat niet meer kon. En het zou de ondergang van de kerk worden. Nee, het gaat in de tekst ook niet om een soort algemene verdraagzaamheid. Of eindeloze tolerantie2."

Van harte mee eens! Maar daar gáát het ook inderdaad niet om in de tekst waar deze preek op is gebaseerd. Die tekst had helemaal niet mogen worden gekozen voor het onderwerp waarop hij nu is geplakt. We herhalen: het gaat niet om mensen die iets wel of niet drinken of eten, of bepaalde dagen wel of niet vieren. Hij gaat om dingen waarvan gezegd moet worden: Dit, dit kan écht niet, zo wil de Here het niet. Op die toonhoogte moeten we spreken en preken.
En dan kan het niet alleen bij woorden in een preek worden gelaten. Want de strijd in onze kerken is nu al meer dan vijftien jaar bezig. Waar zijn de predikanten en kerkenraden, ook van Drachten, als het gaat om het protest tegen "het uithollen van de kerk van binnenuit"? Waar is de ondersteuning van verontrusten in hun weerstand tegen het ondermijnen van het Schriftgeloof en Schriftgezag? Tegen de loslating van de belijdenis? Is het niet veelal zo dat men de afgelopen jaren hen heeft genegeerd, alléén heeft laten staan, tegengewerkt? De zaken heeft gebagatelliseerd? Is deze preek daar helaas niet een typische exponent van?

Ds. Tempelman roept op tot elkaar opbouwen, elkaar helpen bij verschil van inzicht:

"Dan moet Gods Woord open. En dan moeten we bij elkaar werken aan een open oor. Samen, rustig, zonder heftig te worden. Gods woord bestuderen, helder argumenteren. En eens in de kerkgeschiedenis kijken of bij zusterkerken in het buitenland of er misschien al eerder antwoorden zijn gegeven op de vragen waren wij vandaag zo mee worstelen. En dan hoef je ook echt niet alles maar goed te praten, alles te slikken. Dan mag je ook best wel eens krachtig spreken. De ander van zijn ongelijk proberen te overtuigen op grond van de Bijbel."

Alweer van harte mee eens.
Maar deze preekpassage wekt de indruk dat het nu dan maar eens van start moet gaan. En dat terwijl verontrusten al járen geduldig bezig zijn vanuit het Woord steeds maar weer aan te wijzen waar het misgaat in onze kerken. Op verschillende websites. Als we even onze eigen website als voorbeeld mogen noemen: meer dan 700 publicaties de afgelopen vier jaren. Met een keur van documentatie en argumenten. De synode van Zwolle-Zuid is zeer uitgebreid verslagen. De bijdragen van de diverse afgevaardigden kunt u bijna woordelijk lezen (inclusief van de afgevaardigden br. H. Jellema en ds. R. van Wijnen uit Drachten en Ureterp!). We hebben voortdurend geprobeerd eerlijk commentaar te geven op wat naar onze overtuiging wel of niet strookte met Gods Woord3. Gevraagd om inhoudelijk weerwoord en kritiek.
Als dan nú ds. Tempelman oproept om aan het werk te gaan met elkaar dan is dat prachtig. Graag! Maar het lijkt wel bíjna mosterd na de maaltijd. Want alle bezwaren tegen ontwikkelingen zijn door veel broeders en zusters rustig in de kerkelijke weg aan de orde gesteld, soms in een 'lijdensweg' van meer dan vijf jaar waarbij zij van het kerkelijke kastje naar de dito muur werden gestuurd waarbij niet zelden hun bezwaren tenslotte niet ontvankelijk werden verklaard en in de prullenbak belandden!
Wat, is onze vraag, is er in Drachten al die jaren gebeurd om samen bij het licht van het Woord de verschillen eens grondig door te praten? Waar zijn de herders geweest die daarin voor zijn gegaan? Dat was toch primair hun taak? Was en is er niet veelal sprake van totale negatie? Hoe hebben zij hun profetisch taak vervuld ten aanzien van het verval in de kerken? Heeft ds. Tempelman en zijn kerkenraad krachtig geprotesteerd tegen de aantasting van de Schrift aan de TU?

Ds. Tempelman wil te rade gaan bij de kerkgeschiedenis en buitenlandse kerken. Echter ook daarvan geldt: dat is al veelvuldig gedaan. Denk b.v. aan het rapport Zondag, HEERlijke dag, aan het eerder genoemde onderzoek van ds. J.M. Goedhart m.b.t. tot de zgn. zes regels van Dordt en aan diverse artikelen op genoemde sites.
En wat de buitenlandse kerken betreft, op de synode van Zwolle-Zuid waren ze een week aanwezig. En ze hebben gesproken! Op vrijwel alle punten waartegen ook wij onze grote bezwaren hebben bleken afgevaardigden veelal van hetzelfde gevoelen4. Onze zusterkerken hebben grote zorgen over wat gebeurt in de GKv. Maar ds. Tempelman wekt de indruk alsof hij zijn oren heeft gesloten voor wat er allemaal heeft plaatsvonden in de afgelopen jaren. Alsof er nu ineens pas wat valt te bespreken.

Laten we ons toch laten waarschuwen! Als het niet geaccepteerd wordt van éigen broeders en zusters, let dan op wat door "vreemde ogen" ver bij ons vandaan van ons wordt gezien. Ontdek hoe men zich 'ginds' ook steeds meer vervreemd voelt van onze gereformeerde kerken. Zou het kunnen zijn dat wij als GKv inmiddels blind aan het worden zijn voor eigen afdwalingen?

Hoogste tijd

Hier komt nog iets bij. Laten we eens aannemen dat heel Drachten wakker wordt en eendrachtig aan het werk gaat: verontrusten en niet-verontrusten buigen zich samen over de Schrift rond al de thema's die voor zoveel verdeeldheid zorgen. Prachtig, we doen gelijk mee!
Maar het is kerkelijk wel één minuut voor twaalf! Dwalingen in de kerken zijn op de laatste synode definitief aanvaard of bezwaren ertegen genegeerd. Er is géén revisie, geen enkel beroep in de kerkelijke weg meer mogelijk. Daarbij komt ook nog dat het kerkrecht is veranderd. Ook al zou je bezwaarschriften willen schrijven, appèl aantekenen: kerkleden en kerkenraden hebben in veel gevallen géén, wat men noemt 'rechtsingang' meer om bezwaren aanhangig te maken. Het vlaggeschip van onze Dortse kerkorde artikel 31 is beschadigd en in veel opzichten vleugellam geschoten. Kerkenraden en kerkleden kunnen geen bezwaren meer indienen tegen dwalingen aan de Theologische Universiteit bijvoorbeeld. De problemen rond de benoeming van dr. Paas zijn daar het meest recente en pijnlijke voorbeeld van.
Het is één minuut voor twaalf. Dat wil zeggen, dat er nog één mogelijkheid is voor kerkenraden om afstand te nemen van verkeerde besluiten namelijk: niet ratificeren van de besluiten van de generale synode van Zwolle-Zuid. Eén minuut, want per 10 januari 2010 is de officiële termijn van ratificatie gesloten. Niet geratificeerd? - dan zijn de besluiten automatisch bevestigd en zijn de kerken er definitief aan gebonden zonder mogelijkheid van revisie meer. Zo gaat dat tegenwoordig ?
Het zal voor veel verontrusten een toetssteen zijn of hun kerkenraad instemt met de verkeerde koers - óf zich daarvan distantiëert en 'klassiek', dat is 'gewoon' gereformeerd wil blijven en dat óók doet blijken.

Samen met Christus bouwen

In de preek wordt (in het tweede punt) Christus als het grote voorbeeld voorgehouden. Hij is het immers die niet zijn eigenbelang zocht. Hij kwam naar de wereld om onze zwakheden te dragen. Hij had daar onnoemelijk veel lijden voor over.
Romeinen 15 verwijst naar Psalm 69 die met het lijden van de Heiland in vervulling is gegaan. Daar klaagt David over zijn nood. Terwijl hij zich inzette voor Gods eer, zijn geboden en de eredienst, ondervond hij groot verzet van zijn eigen broeders en zusters. Roddel en achterklap was zijn deel. De predikant constateert:

"Zover kan er komen als je in Gods huis niet je zelf zoekt. Als je niet uit bent op een klimaat waarin jij je prettig voelt maar je in alles wilt geven voor de opbouw van het huis van God."

Ja, dit is een rake typering zoals die zeker van toepassing is op verontruste broeders en zusters. Zó ervaren ze het inderdaad niet zelden. Zoveel tegenstand in de kerk, zoveel verzet en tegenstand van eigen broeders en zusters. Geklets achter hun ruggen, minachting en negatie. Spot, sarcasme. Onbegrip in families. Dat komt er inderdaad van als je niet jezelf zoekt maar opkomt voor de eer van de Koning van de kerk. Als je het niet verdraagt dat zijn Woord wordt aangerand en eigenzinnig wordt geïnterpreteerd. Dan kun je zelfs letterlijk van "heulen met de duivel" worden beschuldigd. En het klimaat in de kerk wordt zo koud en kil is onze ervaring. Je hoort er niet meer bij. Geen uitnodigingen meer, geen plaats meer in kerkenraden, broeders en zusters die niet of amper nog groeten, laat staan het zo nodige gesprek aangaan. 'Schoudere' zeggen Friezen.
Let nu op hoe de preek verder gaat:

Maar als dat gebeurt, als je smaad en onrecht ondervindt moet je er dan maar mee kappen? Moet je dan maar opstappen? Gods woord wijst ons vanmorgen op Christus, gemeente. Hij is veel meer nog dan David veracht en gesmaad om zijn hartstocht voor het huis van God (?) Maar is Hij opgestapt? Heeft Hij zich maar weer teruggetrokken in de hemel? Of binnen een kleine groep van trouwe leerlingen hier op aarde? Nee, Hij heeft gezegd: breek Mij maar af, dat heb Ik er voor over om Gods tempel op te bouwen. En zo geeft Christus met zijn verregaande opoffering Zich ingezet voor de bouw van een gemeente voor God. En zo heeft Hij het fundament voor de kerk gelegd. En nu roept Hij zelf ons door middel van de Bijbel op in deze lijn samen met hem verder te bouwen. Zijn voorbeeld moet ons leiden.
Juist ook als we ons wel eens alleen voelen staan in de kerk. Als we op veel zonden en zwakheden stuiten, op onbegrip en tegenstand. Kijk dan naar Christus en ga de weg die Hij opging. De weg die God al van ouds in de Schrift had uitgezet (?). En onze tekst zegt vers vier: die strijd is niet hopeloos. Als je je net als Christus laten leiden door wat de Heer tot onderwijs in de Schrift heeft vastgelegd dan leer je volharden, dan leren volhouden ook al is het nog zo moeilijk en frustrerend. De Schriften kunnen je ook vertroosten. De strijd is niet zinloos. En je staat er ook niet alleen voor, al voelt dat misschien soms zo. Je hebt in elk geval God zelf achter je. En je mag goede hoop hebben dat het met de kerk wel goed komt ook al lijkt dat misschien op dit moment helemaal wel niet zo.

Prachtige woorden! Vertroostend! Bemoedigend! Zo proberen we inderdaad onze strijd in de kerken te voeren. Achter Christus aan. Zijn Woord is een lamp voor onze voet. Alleen met Hem springen we over muren5. Zo kun je inderdaad altijd verder.
We doen hier niets van af, maar bij dit preekonderdeel moeten wel een paar opmerkingen worden gemaakt. Want het fragment staat wel in een bepaald kader! Namelijk die van de strijd tussen zwakken en sterken om middelmatige dingen die, volgens ds. Tempelman eigenlijk in de kerk niet mag plaatshebben want het gaat bij de verontrusten niet om fundamentele principiële dingen maar om toepassingen in de praktijk. Daarom benadrukt ds. Tempelman dat zo sterk: Blijf in de GKv want zo erg is het allemaal niet. "Het komt met de kerk wel goed".

In de eerste plaats is er een uitlegkundig probleem. Volgens de verklaring van prof.dr. J. van Bruggen6 gaat het in Rom. 15:1-7 helemaal niet (meer) over sterken en zwakken in gemeente van Rome. Het gaat daar letterlijk over de tegenstelling 'machtigen' tegen 'onmachtigen' oftewel over de christengemeente versus de heidenwereld. Dat zou ook wonderwel aansluiten bij Paulus' aanhaling van Psalm 69. Immers "zo lief heeft God de wereld gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe"7. Dát is de kern van deze tekst. Het thema zwak-sterk is in hoofdstuk 15 verlaten8.
Als die exegese juist is valt de vloer uit de preek. Immers de tekst was juist Rom. 15: 1-7 en kon volgens de prediker gebruikt worden als een ernstig vermaan aan verontrusten die zich "sterk" achten en zich verheven zouden voelen boven de zwakken.
We laten deze zaak nu voor wat ze is. Er is een ander punt waarop we de aandacht willen vestigen.

Door zijn lijden, sterven en opstaan heeft de Here Jezus het fundament gelegd voor zijn kerk. Dat fundament wordt gevormd door de apostelen en profeten terwijl Christus daarvan de Hoeksteen is9. Wijzelf zijn, als het goed is, levende stenen die daarop worden gebouwd en vormen zo samen een woonplaats van God door zijn Geest. Wij zijn dus gebouwd op Christus en zijn Woord. We zullen het hier niet met elkaar oneens zijn.
Maar het punt in geding is dat dit fundament is aangetast naar onze overtuiging. Zijn Woord is niet meer in alle opzichten veilig. En dan groeit het kerkgebouw hoe langer hoe schever. Tot het instort en een bouwval overblijft.
Ds. Tempelman gebruikt het begin van Rom. 15 om ons op het hart te binden dat je in de GKv moet blijven en daar de kerk moet bouwen. Dat deed Christus immers ook? Hij heeft immers gezegd: breek mijn lichaam maar af dat heb ik er voor over om Gods tempel te bouwen? Je moet alles over hebben voor de bouw van die gemeentetempel omdat die van God is.
Maar daaraan moet wel iets vanuit de Schrift worden toegevoegd. Want de Here Jezus heeft ook gesproken van een andere tempel, de tempel van Jeruzalem. Als de discipelen Hem wijzen op de pracht en praal van de tempelgebouwen, zegt Hij: Zien jullie dat alles niet? Voorwaar, Ik zeg jullie, er zal hier geen steen op de andere gelaten worden, die niet zal worden weggebroken10.
Dat is diepaangrijpend. Midden in de kerk van die dagen profeteert de Here dat het níet goed komt. Hoe religieus men ook was, op welke mooie kerkgebouwen en instituten men kon wijzen en hoe het ook hun trots was, alles ging helemaal plat. Christus werkt met zijn kerk elders verder namelijk daar waar zijn volgelingen wél bouwen op zijn fundament. Dat zie je ook in de voortgang van het evangelie. Als de discipelen worden uitgezonden om het Koninkrijk Gods te verkondigen dan moeten zij het stof van hun schoenen schudden, en vertrekken als het evangelie niet wordt aanvaard. Na zijn opstanding wordt eerst het evangelie verkondigd aan Israël maar als het weigert zich te bekeren gaat het evangelie naar de heidenen. Paulus vergadert niet meer in de synagoges als het Woord is verworpen11.
Het Woord het gaat voort, hoe dan ook!

Je krijgt soms het gevoel dat er een nieuwe vanzelfsprekendheid in de vrijgemaakte kerken geslopen is, een kerkautomatisme. We blijven kerk van Christus, hoe je ook aan de Schriften frommelt, aan de kerkleer sleutelt, aan de erediensten knutselt, het maakt niet uit: wij vrijgemaakten blijven wel ware kerk.
Maar zo werkt Christus toch niet? Hij vergadert zijn kerk in de eenheid van het ware geloof12. Als dat gaat ontbreken en wordt tegengestaan in leer en leven, trouwe herders worden uitgeworpen en geen plaats meer hebben dan gaat Hij zijn werk elders voortzetten. Die les kunnen we leren uit de geschiedenis van de oude Israël, van het nieuwtestamentische jodendom en van onze eigen geschiedenis. Ontrouw aan het Woord, en dus aan Christus, heeft desastreuse gevolgen. De Here zei dat er geen steen op de andere gelaten zou worden. Zien we in onze tijd die dreiging óók niet in vervulling gaan, heel concreet, bijvoorbeeld in de massale kerkverlating? Zien we het zelfs niet letterlijk voor ogen in de afbraak van kerktempels, de een na de ander? Moet het ons hier in Friesland niet een onrustbarend signaal zijn dat in Leeuwarden ongeveer de helft van de PKN-kerkgebouwen moet worden afgestoten?

Eensgezind

De predikant roept ons tenslotte op dat ieder met de tekst aan het werk moet. Hij verwacht daar veel van. Want

"wat zouden we dan meer naar elkaar toegedreven worden. En wat zouden veel scheuren in de kerk zich meteen al dichten. En wat zouden we meer eensgezind en eendrachtig God gaan verheerlijken. Moge God dat geven, zegt Paulus in deze tekst. Daar heeft Hij immers zelf belang bij. God wil immers een eensgezinde gemeente. Die uit één mond hem verheerlijkt, lof brengt. Daar verlangt hij naar, dat wil onze God."

Ja, hoe kun je daar naar verlangen. Naar het weer samen eensgezind loven en prijzen van de Here. De strijd staken omdat die niet meer nodig is op deze intensieve wijze. Wat zou dat ook een zegen zijn ook voor de machtelozen (heidenen)13 dat gezegd kan worden "Zie hoe goed is het als broeders samenwonen in vrede"? 14
Ds. Tempelman heeft gelijk, dat is niet de eenheid van 'mijn ik' en van 'ons clubje'. Maar het heeft wel alles te maken met de trouw aan het Woord. Dát is in het geding. Helaas blijkt in deze preek daar geen oog voor. Want daarin mist helaas een betrouwbare profetische analyse van de situatie waarin we als kerken verkeren en dus schiet deze verkondiging zijn doel in essentie voorbij.
Het wordt een slag in de lucht15.

We hopen en bidden desondanks dat het gesprek er komt nu het nog kan. Dat niet alleen de verontrusten maar ook kerkenraden, predikanten en 'nog-niet-verontrusten' "er de schouders onder zetten". Om net als de reformatoren die ds. Tempelman als voorbeeld stelde, onze stemmen te verheffen tegen de verkeerde koers van de kerk.
Want dát was hun inzet en levenswerk.
Daar mag je zegen op verwachten.
Tot eer van de Koning van de Kerk, onze Here Jezus Christus.

 

Graag nodigen we ds. Tempelman uit om op deze artikelen te reageren. Hij krijgt daarvoor alle nodige ruimte in ons magazine.
Redactie
één in waarheid

 

 

NOTEN
____________________________________________________________

1 Jesaja 9:16.
2 Zie rubriek Rond de Schrift Belijdenis en tolerantie, en rubriek Ethiek Tolerantie ().
3 Zie ook de website www.synodezwollezuid.nl waarin door verschillende leden van onze kerken -'gewone' broeders en predikanten, redactieleden van één in waarheid én anderen - de besluiten van de synode nauwkeurig zijn onderzocht.
4 Zie rubriek Uit de kerken: De FRCA over de GKv en de DGK. Zie ook rubriek Synodeverslagen: Synode Zwolle-Zuid - Verslag 5 en Verslag 6. En verder door de Zuid-Afrikaanse predikant ds. P.G. Boon rubriek Synodeverslagen: Eerste indrukken van een doorslaggevende synode;Groetboodschap aan zusterkerken in Nederland; Synode Zwolle-Zuid van de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) in Nederland (3); De gereformeerde ambtsleer op losse schroeven (4)? - Mogen vrouwen dienen in ambten van predikant, ouderling en diaken?
5 Ps. 18:29; 2 Sam. 22:30.
6 Commentaar Nieuwe Testament Romeinen.
7 Joh. 3:16.
8 Dat laatste woord - sterk(en) komt in de grondtekst overigens zelfs niet eens voor in de hoofdstukken 14 en 15, volgens prof. Van Bruggen.
9 Efeze 2:20.
10 Mat. 24:2.
11 Hand. 13:46.
12 HC v/a 54.
13 CNT Romeinen, pag.215 ev.
14 Ps. 133:1.
15 1Kor. 9:26.